‘Bij de marechaussee maak je opvallende dingen mee’, vertelt criminoloog Jelmer Brouwer. ‘Op een ochtend werd er een taxi met Duits kenteken gecontroleerd. De marechaussee vond het vreemd dat er naast de chauffeur twee jongens van een jaar of twaalf zaten, zonder begeleiding. Ze vertelden dat zij Duits-Kroatisch waren en hadden geen identiteitsbewijs bij zich, maar wel een groot brood. Daarin zat voor duizenden euro’s aan juwelen verstopt.’
Brouwer volgde de marechaussee voor zijn onderzoek naar grenzen, illegale migratie en criminaliteit. Vorige week promoveerde hij. Europese landen die ‘Schengen’ hebben ondertekend - het verdrag voor vrij verkeer van personen - schrappen in principe grenscontroles tussen lidstaten. Dat betekent echter niet dat alle grensbewaking is verdwenen. Het zogeheten Mobiel Toezicht Veiligheid (MTV) voert controles uit, net binnen de Nederlandse grens. Brouwer: ‘Dat is een manier om toch nog een beetje in de gaten te houden wie er binnenkomt. Juridisch gezien zijn het geen grens- maar migratiecontroles.’
Anderhalf jaar lang ging de criminoloog met twee collega-onderzoekers mee. ‘Bij de grens houden motorrijders het binnenkomende verkeer in de gaten. Als er iets langskomt waarvan ze denken “interessant”, volgt er een controle. Wij wachtten op de parkeerplaats waar die controles plaatsvonden. Daar konden we alles zien en vragen waarom ze die ene auto eruit pikten. We probeerden ook de inzittenden te spreken, als ze daar zin in hadden. De enigen die echt kritisch waren op de controles waren Nederlanders met een migratie-achtergrond. Zij voelden zich etnisch geprofileerd en kregen vaak geen tevredenstellende verklaring voor de controle. Hun Nederlanderschap werd in twijfel getrokken.’
Los van enkele spectaculaire gebeurtenissen - ‘een passagier sprong op de snelweg uit een auto en rende weg: de marechaussee heeft hem nooit meer gezien’ – was het ook saai. ‘Veel wachten. De controles zijn heel beperkt: volgens de Schengen-afspraken mag het maar een aantal uur per maand. Voor een deel is het een symbolische maatregel.’
Etnisch profileren speelt zeker een grote rol, concludeerde Brouwer. ‘Dat zal voor niemand een verrassing zijn. De marechaussee staat er om illegale migratie tegen te gaan. Ik praat het niet goed, maar een bepaalde vorm van etnisch profileren is vrijwel onvermijdelijk.’
Een van de marechaussees zegt in Brouwers proefschrift ook: ‘Als mensen vragen of we selecteren op basis van huidskleur, dan geven we dat toe. Het is voor ons een eerste indicatie dat een persoon mogelijk illegaal is. Deze selectie betekent echter niet automatisch dat we discrimineren.’ Een collega vult aan dat ‘huidskleur en hoe iemand eruit ziet natuurlijk belangrijke factoren zijn, maar het mogen uiteraard niet de enige factoren zijn’. Een ander vertelt dat auto’s met meerdere inzittenden met een Noord-Afrikaans uiterlijk vrijwel zeker een stopteken krijgen. Bulgaren en Roemenen worden vaak gelinkt aan criminaliteit en mensensmokkel, zegt een collega. ‘Zij rijden door heel Europa om misdaden te plegen. Dat is gewoon bewezen.’ Brouwer: ‘Die profielen zijn lang niet altijd gebaseerd op harde feiten. Het onderbuikgevoel van de controleur is heel belangrijk.’
‘De gemiddelde marechaussee op straat vertrouwt meer op zijn eigen ervaring dan op wat er ver weg in Den Haag op een ministerie wordt uitgedokterd. Ik denk echter wel dat het goed is om beter te evalueren welke profielen nu echt effectief zijn. Welke combinatie van voertuigen en inzittenden levert nou het meeste op? Dat gebeurt nu nog nauwelijks.’
De controles waren oorspronkelijk gericht op illegale migratie. ‘Maar gaandeweg is het mandaat van het Mobiel Toezicht Veiligheid verbreed. Mensensmokkel en identiteitsfraude aanpakken werd ook een specifiek doel. Er moet echter wel een link zijn met illegale migratie. Andere vormen van criminaliteit moet de MTV overdragen aan de politie.’
Uit zijn onderzoek blijkt dat een aantal medewerkers van de marechaussee ‘zich toch wel deels politieagent voelt’, aldus Brouwer. ‘Veel zaken zijn interessanter dan kijken of een persoon wel de juiste identiteitspapieren heeft. Er zit een spanning tussen de juridische werkelijkheid en de werkelijkheid op straat. Puur juridisch gezien mag de brigade zich alleen richten op mensensmokkel en identiteitsfraude. In de praktijk werkt het niet zo: die strikte scheiding is er niet. De MTV checkt ook mensen die overduidelijk geen vreemdeling zijn. De marechaussees zoeken daar een beetje hun eigen weg in, om – in hun ogen – zo effectief mogelijk te zijn.’
De controles zijn een voorbeeld van wat ‘crimmigratie’ wordt genoemd. ‘Dat is de vervlechting van het vreemdelingentoezicht met strafrechtelijke handhaving. Migratie wordt steeds meer het strafrecht ingetrokken. Maar je ziet ook dat in de aanpak van criminaliteit gepleegd door vreemdelingen steeds vaker het vreemdelingenrecht wordt ingezet. Steeds meer mensen die wel legaal in Nederland zijn maar een strafbaar feit begaan, verliezen hun verblijfsrecht en worden uitgezet.’
Voorheen waren die rechtsdomeinen gescheiden. ‘Vreemdelingenrecht is niet bedoeld om criminaliteit te bestrijden. Die vermenging kan best problematisch zijn. Als je er puriteins juridisch naar kijkt, is die vervlechting geen goede zaak. Binnen het strafrecht heeft een individu bijvoorbeeld een veel sterkere rechtspositie en zijn er veel meer procedurele rechtswaarborgen dan in het vreemdelingenrecht.’
Criminoloog Jelmer Brouwer deed ook een groot onderzoek naar de gevangenis in Ter Apel. Daar zijn uitsluitend niet-Nederlanders die geen wettelijk verblijfsrecht hebben in Nederland opgesloten. Na hun straf worden deze ‘vreemdelingen in de strafrechtsketen’ (VRIS’ers) uitgezet naar het land van herkomst.
Brouwer sprak bewaarders en gevangenen. Tot 2014 was Ter Apel een gewone gevangenis. Het personeel is niet specifiek opgeleid voor het werken met VRIS’ers. ‘Taal is een probleem. Er zitten 66 verschillende nationaliteiten. Een deel van de gevangenen spreekt geen Nederlands, Engels of Duits. Er wordt heel veel informeel getolkt. Wie meerdere talen spreekt, is populair. Bij voorkeur worden gevangenen met dezelfde achtergrond bij elkaar gezet. Dat helpt wel tegen eenzaamheid. Want dat is toch wel een probleem.
‘Er zijn ook wel gevangenen die er al meer dan twintig jaar wonen, vanwege onze migratiegeschiedenis vrij veel Turken en Marokkanen die een gezin in Nederland hebben en toch het land uit moeten. Het grote verschil met een gewone gevangenis is dat er uiteraard weinig aandacht is voor terugkeer in de Nederlandse samenleving. Want die komt er dus officieel uiteraard niet.’
Het uitzetpercentage van VRIS’ers ligt rond de 70 à 80 procent. ‘Dat is nog vrij hoog als je kijkt naar alle migranten die moeten vertrekken, daarvan wordt slechts de helft uitgezet.’ Waar het niet lukt? ‘Marokko is bijvoorbeeld een notoir ingewikkeld land als het gaat om terugkeer, en al helemaal niet als het gaat om iemand die al twintig jaar in Nederland woont. Zo iemand wordt zoals dat heet “geklinkerd”: op straat gezet. Die is dan illegaal in Nederland en gaat het zwarte circuit in. Dat verbetert de veiligheid niet.
‘Hoe langer je hier bent, des te zwaarder het gepleegde delict moet zijn om de verblijfsstatus te verliezen. De laatste tien jaar is dat beleid drie keer aangepast. Voorheen zat er ook een einddatum aan. Na twintig jaar kon je, zelfs als je een moord zou plegen, niet meer worden uitgezet. Dat is niet meer zo. Ik heb daar mijn bedenkingen bij. We hebben dan het strafrecht al toegepast. Wat is de toegevoegde waarde om daar nog overheen het vreemdelingenrecht toe te passen?’
Toch zal de regeling niet versoepeld worden, weet Brouwer. ‘Zelfs de meest linkse partijen zijn tegen elke vorm van “soft” omgaan met criminele vreemdelingen.’
Jelmer Brouwer
Detection, Detention, Deportation. Criminal justice and migration control through the lens of crimmigration
Promotie was 8 januari