Columns & opinie
In Plexus is het altijd wanhopig
Columnist Maia heeft een moeizame verhouding met studentencentrum Plexus. Maar het gebouw dat eruitziet als een DDR-bunker heeft toch ook haar charmes.
Maia de Quay
donderdag 28 november 2019

Het ruikt er doorgaans naar zweet en wanhoop, je kan er nét niet lekker zitten en de koffie uit de ‘betere’ automaat is dan wel goedkoper dan die in universiteitscafés, maar smaakt uiteindelijk ook niet naar meer dan een misdadige bak heet bonenwater. Het ‘multifunctioneel studentencentrum Plexus’ heeft het allemaal!

Plexus (overigens Latijn voor ‘zenuwknoop’, dat je het weet) is een begrip in Leiden: je kunt er studeren, sporten, zalen huren, printen en zelfs souvenirs kopen. Hoe handig.

Voordat ik verder ga wil ik benadrukken dat ik je dat laatste van harte afraad. Tenzij je de ambitie hebt om (1) te worden verward met een international, of (2) er bij te lopen als een gekkie die 25 euro slecht heeft besteed aan een foeilelijke trui, zou ik de University Shop met inspanning vermijden.

In Plexus is het kort gezegd altijd wanhopig. Als je écht moet studeren, ga je wel naar de UB. Als je écht gaat sporten, ga je wel naar het USC. Het is een soort tussenoplossing om jezelf te kunnen vertellen dat je wel iets hebt gedaan, maar eigenlijk weten jij en ik dat het in Plexus altijd nét niet is.

Als je productiviteit zou vergelijken met de trein van Utrecht naar Leiden, is studeren in de Plex een beetje als uitstappen in Alphen aan den Rijn. Vrijwel altijd een slecht idee.

Wanneer ik iemand vraag wat ‘ie heeft gedaan vandaag en die persoon reageert met: ‘Ik ben naar Plexus geweest’, weet ik dan ook nooit zo goed of ik moet reageren met: ‘Oh, goed van je’ of met: ‘Ai, wat naar, alles goed verder?’

Hoewel het gebouw eruitziet als een overgebleven DDR-bunker en, zoals gezegd, haar gebreken kent, is het niet onbelangrijk te benoemen dat de Plex natuurlijk ook zo haar charmes heeft: ik ken minstens drie mensen die op date zijn gevraagd in een van de studieruimtes en de Plexfit. En als je de behoefte hebt om ongegeneerd te slapen in een van de studiezalen, is er niemand die je raar zal aankijken. Bovendien houdt niemand het vol om altijd maar te beunen in de UB of in het USC. Dan kan van tijd tot tijd een beetje aankloten in Plexus ook geen kwaad.

Nu ik er over denk, is het eigenlijk alleen maar mooi dat de Plex er is, dan kunnen we wanneer nodig voor Paul Cliteur en zijn loafer dragende protégés gewoon naar het KOG, en voor wat verstrooide formalistische kameraden naar Plexus. Een gebalanceerd dieet (in koffie, medestudenten en omgeving) is immers van vitaal belang.