Nieuws
Diversiteitsbeleid op de schop
Het diversity office kreeg de opdracht om de universiteit diverser en inclusiever te maken, maar kreeg niet voldoende steun van het college om het beleid goed uit te voeren. Dat moet anders.
donderdag 14 februari 2019

Door Vincent Bongers Vijf jaar geleden kwam er een universiteitsbreed diversiteits- en inclusiviteitsbeleid. Er werd een diversity office in het leven geroepen en het college van bestuur stelde een diversity officer aan. De post werd vervuld door Isabel Hoving, maar haar termijn is net afgelopen en zij nam afscheid.

Het college vond vijf jaar een mooi ijkpunt en heeft aan een commissie onder leiding van Huib Pols, hoogleraar geneeskunde en oud rector van de Erasmus Universiteit, gevraagd het Leidse diversiteitsbeleid door te lichten. De rapportage van de commissie is afgerond.

Pols schrijft dat de commissie ‘bijzonder veel waardering heeft voor wat het diversity office sinds 2014 heeft bereikt. De inzet van deskundige medewerkers heeft ertoe geleid dat het diversiteits- en inclusiviteitsbeleid stevig op de kaart staat.’

De commissie constateert tegelijkertijd dat het office ‘onder niet eenvoudige bestuurlijke omstandigheden heeft gewerkt, waardoor het in een ingewikkelde en eenzame positie is gebracht.’

Het college van bestuur heeft zich volgens de commissie sterk verbonden aan het slagen van het beleid, maar delegeerde veel van de uitvoering naar het office ‘dat logischerwijs een steeds grotere verantwoordelijkheid voelde voor de realisatie van het beleid maar geen doorzettingsmacht heeft’.

‘Onder andere het gebrek aan bestuurlijke dekking en doorzettingsmacht maakt het moeilijk om duurzame veranderingen teweeg te brengen.’ Het office had kortom niet voldoende slagkracht.

Een van de gevolgen hiervan is dat het eigenaarschap van het diversiteitsdossier momenteel nog grotendeels bij het office zelf ligt en nog te weinig bij de faculteiten, instituten en opleidingen, schrijft de commissie.

Pols stelt voor om van het office een expertisebureau te maken en ‘het bestuurlijk eigenaarschap duidelijker bij het college, de faculteiten, instituten en opleidingen te beleggen en hiermee het office deels te ontlasten.’

Het expertisebureau kan zich dan ‘toewijden aan zaken zoals het ondersteunen van de werkvloer, het uitvoeren van onderzoeken, het vergroten van het bewustzijn in de universiteit en formuleren van algemeen diversiteitsbeleid.’

Het college neemt de adviezen van de commissie over en is van plan om van het office een expertisebureau te maken. Ook moet er veel meer ‘bottom up’ vanuit de instituten en faculteiten opgezet worden. Een van de decanen zal ‘bestuurlijk boegbeeld’ worden van deze meer decentrale aanpak.