Wetenschap
Prof fraudeerde bij beursaanvragen
De Leidse hoogleraar orthopedagogiek Adriana Bus manipuleerde subsidie-aanvragen, verwijderde zonder reden auteursnamen, of voegde juist namen toe van mensen die helemaal niet aan publicaties hadden meegewerkt.
Anoushka Kloosterman
donderdag 31 januari 2019
© Schot

Dat concludeert de Commissie Wetenschappelijke Integriteit. In een eerder rapport over het onveilige werkklimaat bij pedagogiek schreef interim-directeur Eric Fischer al dat professor Bus mogelijk sjoemelde met subsidies. 

Die aantijgingen zijn nu onderzocht. De commissie stelt dat de schendingen hebben plaatsgevonden in een onveilige werkomgeving, en dat de mechanismen om dergelijke misstanden te signaleren, niet hebben gefunctioneerd.

Bus, die al met emeritaat is, zette strategisch gekozen namen op haar subsidieaanvragen, om de kans op een beurs te verhogen. Zo verving ze haar eigen naam met die van een jongere onderzoeker, omdat ze zelf niet voor de beurs in aanmerking kwam.

‘Ik schrijf voortdurend aanvragen en zet daar soms mijn eigen en soms andere namen op. Het gaat erom wat de kansen verhoogt’, schreef ze in een mail aan een van haar promovendi. De commissie vond de verdediging van Bus, die zei dat ze heel hevig geëmotioneerd was toen ze de mail schreef, niet aannemelijk.

Daarnaast haalde de pedagoog namen van onderzoekers van artikelen, terwijl ze wel degelijk hadden bijgedragen aan de publicatie. Dat is schadelijk, zegt de commissie: niet alleen hebben de onderzoekers geen erkenning voor hun werk, maar wetenschappers worden beoordeeld op hun publicaties. Als je naam niet boven zo’n artikel staat, kan het je carrière dus schaden.

De commissie begrijpt alleen niet waarom Bus dat deed. Bij subsidieaanvragen heeft het aanpassen van namen een doel: meer geld binnenhalen. Bij publicaties is dat niet aan de orde. De commissie vermoedt dat het onveilige werkklimaat hiermee te maken had: ‘Er kan zelfs geen berekenende reden een rol gespeeld hebben, behalve het bovenvermelde verdeel- en heersbeleid.’

De betreffende afdeling bij pedagogiek lag eerder onder vuur, omdat er sprake was van een jarenlange angstcultuur. Het faculteitsbestuur stelde interim-directeur Eric Fischer aan om de problemen te onderzoeken. Die schreef een vernietigend rapport  en wees drie wetenschappers aan als schuldigen: Bus, haar man Rien van IJzendoorn, en Marianne Bakermans. Van IJzendoorn is in mei 2018 met emeritaat gegaan, Bakermans werkt inmiddels bij de Vrije Universiteit. Bus was al met pensioen.

Wat er gebeurt met de conclusies van de commissie, is nog niet duidelijk. ‘Het college van bestuur van de Universiteit Leiden heeft het advies van de CWI in een voorlopig besluit integraal overgenomen – voorlopig, omdat de betrokken medewerker zes weken de gelegenheid heeft om bij het Landelijk Orgaan Wetenschappelijke Integriteit een nader advies te vragen’, meldt de universiteit in een reactie. ‘Pas daarna kan een definitief besluit worden genomen.’