Studentenleven
Taalstrijd duurt voort
De universiteitsraad heeft in een brief aan het college van bestuur haar ‘ongenoegen’ geuit over de manier waarop rector Carel Stolker tijdens de raadsvergadering van 15 oktober reageerde op een vraag in het Engels van de Democratic Students Party The Hague (DSP).
donderdag 22 november 2018

De DSP komt met name op voor studenten in Den Haag die het Nederlands niet machtig zijn. De Noor Viktor Blichfeldt (international studies), raadslid voor DSP, had in oktober vragen ingediend over de mogelijkheden tot steun voor niet-Nederlandse leden van de medezeggenschap.

Stolker beantwoordde deze vragen in het Nederlands. Toen Blichfeldt vroeg of de rector over wilde schakelen op het Engels, volgde een weigering. Dat vond Blichfeldt ‘a little bit rude’. 

De universiteitsraad is het met Blichfeldt eens en stuurde een brief naar het college waarin zij haar ‘ongenoegen’ over de gang van zaken uit. De raad is niet blij met de ‘harde lijn van het college om een lid op deze wijze uit te sluiten van de discussie in de vergadering.’

Volgens de raad is dat niet democratisch en past het niet bij een universiteit die inclusiviteit en diversiteit als kernwaarden ziet. In de brief staat dat er ‘goede redenen’ zijn om af en toe ook voor het Engels te kiezen, bijvoorbeeld wanneer een niet-Nederlands sprekend raadslid een Engelse vraag stelt in een vergadering. Op dat moment kan even kort worden overgegaan op het Engels. Verder stelt de raad voor om te ‘verkennen of er mogelijkheden zijn voor simultaanvertaling en voor het bijvoegen van korte Engelse samenvattingen bij stukken.’

Het college heeft inmiddels gereageerd op de brief van de raad. In de reactie benadrukt het college nogmaals dat de bestuurstaal van de universiteit het Nederlands is. ‘Voor een effectieve deelname aan deze organen is een passieve kennis van het Nederlands nodig. Dit om alle relevante documenten te begrijpen en discussies te volgen. Om die reden krijgen internationale leden de mogelijkheid om, op kosten van het betreffende orgaan, de Nederlandse taalvaardigheid te verbeteren in de vorm van taalcursussen.’

Het college schrijft verder dat vragen tijdens vergaderingen of schriftelijk in het Engels mogen worden gesteld, maar de beantwoording is dan wel in het Nederlands. ‘We kunnen ons voorstellen dat er tijdens vergaderingen indien gewenst gebruik wordt gemaakt van tolkdiensten en zijn bereid hiervoor het budget voor uw raad te verruimen met 2000 euro per jaar.’

Blichfeldt is niet erg onder de indruk van de brief van het college. Het is op zich positief dat het college geld beschikbaar stelt voor simultaan vertalen in de raad, mailt hij. ‘Het is echter maar een eerste stap. Het kan een deel van mijn problemen in de raad oplossen, maar ook in de faculteitsraden moeten er vertalers beschikbaar zijn.’ Verder vindt hij dat belangrijke stukken een Engelse samenvatting dienen te krijgen. 

Ook is hij kritisch over de cursus Nederlands. ‘Het is voor studenten haast onmogelijk om te voldoen aan niveau B1 Nederlands dat het college eist. Je hebt twee extra cursussen nodig om dat te halen.’ Kosten: 840 euro en nog een collegejaar. ‘Die tijd hebben studenten niet. Zeker niet als het om masterstudenten gaat. Die zijn klaar met hun opleiding voordat ze deel van de medezeggenschap uit kunnen maken.’

Gratis cursussen lossen het probleem niet op. ‘Of het college stapt af van de B1-eis, of er komt simultane vertaling in alle raden. Als het college weigert om een van deze twee oplossingen in te voeren, dan is de boodschap aan internationals helder: “Jullie mogen niet meedoen aan het democratische proces op de universiteit.”’ De universiteitsraad spreekt op 10 december met het college over de kwestie.