Achtergrond
Islamitische basisschool juist goed voor integratie
Promovenda Marietje Beemsterboer onderzocht hoe islamitische basisscholen hun identiteit bepalen. ‘Ze bevorderen de integratie van moslims in Nederland.’ U heeft 19 van de 52 islamitische basisscholen in Nederland bezocht, en daar met schoolhoofden en leerkrachten gesproken.‘Ik wilde weten hoe de scholen proberen aan te sluiten bij de thuissituatie van de leerlingen, en hoe ze hen voorbereiden op de toekomst. De verschillen tussen de scholen zijn groot, omdat de diversiteit van de leerlingen zo groot is, groter misschien zelfs dan op openbare en andere niet-islamitische basisscholen. Er zijn zulke verschillen binnen de islam, dat mensen lijnrecht tegenover elkaar kunnen staan.’
Bart Braun
donderdag 14 juni 2018
Leerlingen van Er Risèleh, de enige islamitische basisschool in Leiden, krijgen rekenles. © Taco van der Eb

Waar gaat dat dan over?

‘Bijvoorbeeld over welke Nederlandse feestdagen er gevierd worden. Of over Mawlid an-Nabi, de geboortedag van Mohammed. Voor sommige moslims is dat een feestdag, terwijl anderen dat juist afkeuren. Als leerkracht op een islamitische school heb je vervolgens kinderen in de klas die ‘s ochtends de slaap uit hun ogen wrijven omdat ze de dag ervoor een feest hadden, en kinderen die van hun ouders te horen krijgen dat het vieren van Mawlid niet hoort. Allebei die groepen zitten op een islamitische basisschool en allebei die groepen gaan ervan uit dat de school rekening met hun identiteit houdt. Zie dan als schooldirectie maar eens de juiste lijn te vinden.’

Hoe doen ze dat?

‘Die discussies worden gevoerd in een ouderraad - soms een gescheiden moeder- en vaderraad – of in een identiteitscommissie. Bij andere scholen neemt het bestuur of de stichting waaronder de school valt het besluit. Door alle betrokkenen worden bronteksten gezocht die vervolgens tegen elkaar worden afgewogen. De uitkomst verschilt van school tot school.’

In hoeverre zijn islamitische scholen echt islamitisch, en niet gewoon Turkse of Marokkaanse scholen die, daaruit voortvloeiend, een islamitisch karakter hebben?

‘Dat vroeg ik me ook af. Je mag in Nederland namelijk geen school op een etnische grondslag oprichten. Op bestuurlijk niveau speelt dat soms wel, en sommige scholen hadden van oorsprong een grote meerderheid Turkse of Marokkaanse leerlingen. Tegenwoordig is dat niet meer zo helder. Bovendien is vaak meer dan de helft van de leerkrachten op islamitische basisscholen niet-moslim. Dus of een leerling iets merkt van een Turks of Marokkaans schoolbestuur? Mijn antwoord is nee.’

U was niet overal welkom: acht scholen wilden niet aan het onderzoek meewerken.

‘Dat klopt. Bij een paar had ik het idee dat ik op een onhandig moment aanklopte; anderen zeiden geen tijd te hebben, of vonden dat meewerken aan het onderzoek niets opleverde.’

Misschien wilden ze niet meedoen omdat het er daar heel anders aan toe gaat.

‘Dat betwijfel ik. Ik ben doorgegaan met interviewen tot het punt van verzadiging, waarop ik geen nieuwe dingen meer hoorde.’

‘Ik wilde een selectie maken van de verschillende typen scholen verspreid over Nederland: kleine, grote, jong, oud, in steden, dorpen en van verschillende stichtingen. De scholen die niet wilden meewerken heb ik vervangen door scholen met vergelijkbare kenmerken, en ook daar hoorde ik niets nieuws meer. Bovendien hebben de leerkrachten die ik interviewde ook over andere scholen gesproken, of er zelf gewerkt. Ook sprak ik met medewerkers van grote koepelorganen die alle of bijna alle scholen van binnen kennen. Als er ergens echt opzienbarende verhalen waren, had ik die waarschijnlijk wel gehoord.’

Wat was het meest opzienbarende dan, dat u heeft gezien?

‘Ik heb mij het meest verbaasd over de weerstand die ik ervoer rond de oprichting van een islamitische basisschool in Noord-Holland. Tijdens de informatieavond daar was er zoveel angst en onwetendheid. Het gaat om kinderen van vier tot twaalf jaar oud! Dat was heel raar om mee te maken.’

Die demonstranten zijn niet bang voor kinderen. Ze zijn vooral bang voor een islamitische Parallelgesellschaft dat weinig met de Nederlandse maatschappij te maken heeft en een aantal fundamentele waarden van die maatschappij afwijst.

‘Ik heb niets in die scholen gezien wat die angst rechtvaardigt. Ik heb mij overal welkom gevoeld, en ik heb open, blije kinderen gezien. De felheid van de discussie staat daarmee in contrast.’

‘Islamitische scholen dragen bij aan de integratie van moslims’, schrijft u als allereerste stelling in uw proefschrift.

‘Let wel: ik zeg daarmee niet dat een openbare basisschool dat niet zou doen. Maar een voorbeeld dat een van mijn ondervraagden noemde was onderwijs over homoseksualiteit. Basisscholen moeten daar verplicht aandacht aan besteden in Nederland. Als dat op een openbare basisschool ter sprake komt, kan ik mij voorstellen dat er iemand in de klas zit die thuis gehoord heeft dat homoseksualiteit niet past binnen de islam. Die denkt dan: deze boodschap telt niet voor mij. Maar als de islamitische godsdienstleraar uitlegt dat homoseksualiteit in Nederland geaccepteerd moet worden, komt de boodschap op een andere manier, effectiever, binnen. Daar schuilt een kracht in islamitische basisscholen die we in Nederland te weinig meenemen.’

Zegt de godsdienstleraar dat ook echt?

‘Ja, absoluut. Bovendien worden alle Nederlandse basisscholen getoetst door de onderwijsinspectie. Als die geen vertrouwen heeft in de burgerschapsvorming, dan zijn er allerlei manieren om een school aan te pakken. We hebben dit in Nederland gewoon wettelijk geregeld.’

Marietje Beemsterboer, Islamitisch Basisonderwijs in Nederland. Uitgeverij Parthenon, 360 blz. € 29,90. Promotie was 12 juni