Nieuws
Zorgen over halvering collegegeld
De Tweede Kamer stemt vandaag over het voorstel van het kabinet om het collegegeld voor eerstejaars studenten te halveren. De maatregel wordt vrijwel zeker ingevoerd. Toch hebben zowel de oppositie als de coalitiepartijen kritiek.
donderdag 26 april 2018

Dinsdag debatteerde de Kamer over het voorstel. Studenten die voor een lerarenopleiding kiezen krijgen overigens deze korting ook in het tweede jaar. De voornaamste kritiek op het wetsvoorstel van minister van Onderwijs Ingrid van Engelshoven (D66) is dat zij de studenten een sigaar uit eigen doos geeft.

Het verlagen van het collegegeld is een meevaller van 175 miljoen euro voor aankomende studenten. Het kabinet is echter ook van plan om de renteregeling voor het terugbetalen van de studieschuld aan te passen. De rente op het aflossen van leningen wordt gekoppeld aan de tienjaarsrente, in plaats van de vijfjaarsrente zoals nu nog het geval is. De tienjaarsrente is hoger. Dit moet de schatkist vanaf 2060 structureel 225 miljoen euro per jaar opleveren. 

‘Het is bittere noodzaak om de nieuwe generatie studenten financieel te ondersteunen’, zei Frank Futselaar (SP). ‘Maar studenten die meer lenen worden nu juist nog zwaarder getroffen.’

Volgens Van Engelshoven hebben de verandering van de rente en de halvering van het collegegeld ‘niks met elkaar te maken’ en ‘blijft elke oud-student die moet gaan terugbetalen, beschermd tegen te hoge maandlasten’.

Paul van Meenen (D66) benadrukte dat de maatregel de toegankelijkheid van het hoger onderwijs vergroot.

‘Duizend euro maakt een groot verschil voor een student. Drempels zijn er al nauwelijks voor studenten. We leggen nu de rode loper uit.’

‘Studenten met ouders met topinkomens krijgen evenveel steun als studenten die door het leenstelsel in de knel komen’, aldus Roelof Bisschop (SGP). ‘Dat begrijp ik niet.’

Zihni Özdil (GroenLinks) stelde voor om studenten die weinig financiële steun van hun ouders krijgen te helpen: ‘Laten we een gedeelte van de middelen voor het verlagen van het collegegeld inzetten om de aanvullende beurs te verhogen, bijvoorbeeld door het collegegeld met een kwart te verlagen in plaats van met de helft.’

De minister zag niets dat plan. ‘Hoe kleiner het bedrag, hoe minder groot het effect. Bovendien, als je het vooral richt op die aanvullende beurs, is het vooral voor één categorie, namelijk de lage inkomens, terwijl juist hier ook die middeninkomens van profiteren.’

Van Meenen kaartte nog een ander probleem aan. ‘DUO is nu een maand uit de lucht vanwege het implementeren van een nieuw ICT-systeem. Dat zegt wel iets. En het is bekend dat er zich bij DUO wel eens problemen voordoen. Ik maak me dan ook zorgen: krijgen alle studenten die recht hebben op halvering die ook daadwerkelijk?’

Minister Van Engelshoven legde uit dat studenten het komend jaar sowieso de korting krijgen. Ook als er iets niet goed gaat bij DUO. Of zelfs als het voorstel niet op tijd door de twee Kamers komt. ‘Mocht dit wetsvoorstel onverhoopt niet worden aangenomen; dan mogen studenten daar natuurlijk niet de dupe van worden. Dan gaan zij het komende jaar toch gewoon dat gehalveerde collegegeld betalen en worden de instellingen gecompenseerd. Dat is een risico dat wij hebben moeten nemen om dit tijdig te doen.’ VB