Cultuur
Van de jury
donderdag 14 december 2017

Van de twintig inzendingen die de jury (bestaande uit schrijvers Arjen van Veelen, Christiaan Weijts en Mare-hoofdredacteur Frank Provoost) beoordeelde, waren er twee in het Engels geschreven.

‘Togetherness’ speelt zich af in een vertrekhal van een vliegveld. Indachtig de opdracht voor deze wedstrijd (‘You put together two people that have not been put together before’ - vrij naar Julian Barnes) brengt de schrijver hier twee onwaarschijnlijke figuren samen, rond een verpieterde kerstboom. Een oudere, dikbuikige man in een rood trainingspak raakt in discussie over de betekenis van Kerst met een langharige dertiger met een ‘vaguely Middle-Eastern look’. Dit in beheerst Engels geschreven verhaal ontspoort nergens maar verrast eerder door de kalme wijze waarop dit tweetal gezamenlijke grond vindt in een potentieel brisant debat. Kjell Winkens (23, geschiedenis) verdient er de derde prijs mee.

Moeten literaire verhalen altijd begrijpelijk zijn? Misschien niet. Het verhaal ‘Het Grote Vraagteken’ doet zijn naam eer aan, in die zin dat de jury het niet allemaal begreep, of het in elk geval niet eens werd over de betekenis. En toch maakte het indruk, bleef het intrigeren. Wat is dit voor een rare, nachtmerrieachtige situatie? Een moderne variant van een bijbelse verkondiging, vanuit het hoofd van een vrouw die zowel in rouw als in ontkenning lijkt? Tim Hoffman (24, Frans & geneeskunde.) schiep een surreëel tafereel dat zo levend en krachtig is, dat het de tweede prijs verdient.

Hoe herken je literair talent? Aan een eigen schrijfstijl, een verrassende plot, levensechte situaties en personages? Dat ook, maar in eerste instantie gaat het erom dat iemand door zijn taalvermogen de wereld net iets weet te kantelen, en zo een eigen universum schept. Dat doet Nathan Oosthoek (22, rechten) in ‘De wandelaar’ voortdurend. Het is een raadselachtig verhaal. Het meeste gebeurt in het hoofd van het personage: daar raakt de wereld subtiel vervormd. Een vrouw ‘kijkt hem tot ziens’, een regenbui krijgt het rumoer van een zwembadfeestje of een theaterfoyer. Dit is associatief, zintuiglijk en origineel schrijven. Het is ook gedurfd, want ondanks de ingetogenheid gebeurt er veel. Dit verhaal is een experiment met tijdslagen, een spel met het dubbelgangersmotief en met de literatuur. Het dwingt je om het een paar keer te herlezen, waarbij telkens weer nieuwe aspecten oplichten.

Gefeliciteerd!

‘Ik had het niet verwacht. Ik was zelfs een beetje bang dat ik niet bij de top drie zou zitten, dat was een beetje een afgang geweest, omdat ik vorig jaar tweede was geworden. Maar des te blijer ben ik nu dus.’

Hoe kwam je op het idee voor dit verhaal?

‘Ik moet eerlijk bekennen dat mijn vriendin een beetje heeft geholpen. Ik begon met schrijven, maar liep na een paar honderd woorden vast, zoals wel vaker. Een plot bedenken is niet mijn sterkste punt. Zij doet dan wat suggesties. Dat brengt me weer op nieuwe ideeën.’

Wil je ook echt de literatuur in?

‘Het lijkt me prachtig om ooit een roman uit te geven. Ik weet dat dit voor weinigen is weggelegd, maar stiekem ben ik er wel mee bezig.’

In je vorige verhaal speelde een uurwerk ook een al belangrijke rol. Wat heb je met horloges?

‘Mijn grootvader was een verzamelaar. Vorig jaar kreeg ik een horloge dat van hem is geweest. Het tikt heel zacht en dat geluid is tegelijkertijd rustgevend als dwingend. Een subtiel geluid, dat je er steeds aan herinnert dat je bezig moet blijven.’

Wat koop je van de €250 aan boekenbonnen?

‘Ik houd een lijstje bij van boeken die ik wil lezen. Die kan ik nu eens rustig gaan kopen. Tegen de keer van J.-K. Huysmans en Haat is een deugd van Gustave Flaubert. Ik ben ook groot fan van de poëzie van Slauerhoff en wil ook zijn proza lezen.

‘Mijn Nederlandstalige voorbeeld is Cees Nooteboom. Zijn stijl is superieur. Verder ben ik een groot fan van Céline en ik verwijs in mijn verhaal natuurlijk niet voor niks twee keer naar T.S. Eliot. Mijn verzameling van die schrijvers is ook nog niet compleet.’