Wetenschap
Cobragif - Samen slapen
donderdag 30 maart 2017

Cobragif

In het vakblad Toxins staat een uitvoerig artikel over hoe de cobra aan zijn vleesetende gif is gekomen. Biologen Harald Kerkkamp van de Universiteit Leiden en Freek Vonk van Naturalis schreven mee.

De onderzoekers vergeleken 25 soorten cobra’s en hun gif. Cobragif is niet één stofje, maar een cocktail van allemaal verschillende giffen die samenwerken. Er zitten verlammende stoffen in, de zogeheten neurotoxines, en stoffen die weefsel aantasten: de cytotoxines. Die tweede categorie is eigenlijk een beetje raar: wat moet een beest dat genoeg zenuwgif aanmaakt om een olifant dood te bijten, nog met vleesetend gif? Het idee was dat de cobra’s die gif konden spugen vooral veel cytotoxines aan maken, maar zo simpel zit het niet: spugende cobra’s hebben lang niet altijd cytotoxischer gif dan hun niet-spugende soortgenoten.

Er is wél een verband tussen de hoeveelheid cytotoxines en een gedrag dat in het Engels hooding heet, waarbij de slang zich omhoog richt en de nekflap wijd opzet. Wanneer doet zo’n beest dat? Als het bedreigd wordt. Dat suggereert dat spuiten met vleesetend gif vooral een defensieve truc is. De watercobra (Naja annulata) uit Afrika lijkt zowel de nekflap als de cytotoxines te zijn kwijtgeraakt nadat het dier in het water ging leven en meer stroomlijn nodig had. Is er eenmaal veel vleesetend gif, dan wordt het voor sommige soorten interessant om dat te gaan spugen: het vermogen om blind makend gif in je ogen te rochelen is maar liefst drie keer los van elkaar bij cobra’s ontstaan, volgens de onderzoekers.

Samen slapen

Stel, je hebt een kindje. Mag dat dan bij jou in bed, of juist niet? Jonge ouders worden bestookt met advies hierover: het zou geweldig zijn voor de ouder-kind band, of juist levensgevaarlijk omdat baby’s er wiegedood door zouden oplopen. Leidse en Rotterdamse pedagogen legden de beschikbare literatuur erover – meer dan zeshonderdvijftig artikelen – naast elkaar. Het overzicht valt terug te lezen in Sleep Medicine Reviews.

Er zitten grote verschillen tussen landen, en zelfs binnen landen. In Azië slapen kinderen en ouders vaker in één bed dan in het Westen. En, zo blijkt: bijna alle ouders doen het wel eens, al maken ouders die het eigenlijk niet van plan waren zich wel zorgen of samen slapen nou kwaad kan of niet.

Over de gehele linie zijn onderzoeken naar kinderen in bed slecht opgezet, concluderen de auteurs van het overzichtsartikel. Verwarrende variabelen zijn niet altijd uitgesloten, en moeilijk vergelijkbaar tussen studies. Een kind dat elke nacht krijst als je het alleen laat slapen, neem je bijvoorbeeld eerder in bed dan een stille baby; maar komen problemen op latere leeftijd dan door het samen slapen of doordat het een probleemkindje was?

De aantallen onderzochte slapers waren klein, proeven worden niet gerepliceerd. Zodoende hebben we dus vijfentwintig jaar onderzoek naar de kwestie, en nog steeds geen data waarop je een goed advies kan bouwen. ‘Het lijkt erop dat het debat hierover voorlopig nog niet zal verdwijnen’, concluderen de pedagogen dan ook. ‘Aan de ene kant slaapt een groot gedeelte van de wereld samen met hun kindjes zonder dat dat tot enorme risico’s lijkt te leiden. Aan de andere kant helpt het benadrukken dat samen slapen zo “natuurlijk” is niet tegen de stress die veel ouders ervan zeggen te krijgen.’