Nieuws
Tachtig uur taakstraf voor bedreigingen
Maandag is bij het Gerechtshof een werkstraf van tachtig uur geëist tegen ex-rechtenstudent Mohammed K. Hij zou een voorzitter van de examencommissie met de dood hebben bedreigd.
Vincent Bongers
donderdag 10 november 2016

De 46-jarige K. uit Wassenaar, die uit Iran is gevlucht naar Nederland, wordt ervan verdacht tussen augustus 2012 en april 2013 negen dreigbrieven te hebben verstuurd aan de inmiddels afgezwaaide examencommissievoorzitter Arthur Elias. In een van de brieven zat een strop. Ook werd er bij Elias thuis een steen door de ruit gegooid, wat overigens niet in de tenlastelegging is opgenomen.

Bij Elias rees het vermoeden dat K. de dader kon zijn. Hij was een jaar geschorst wegens tentamenfraude en had een negatief bindend studieadvies gekregen. De dreigbrieven ploften op de mat op cruciale momenten in de zaken tussen K. en de examencommissie.

K. werd vorige week nog door de politierechter veroordeeld tot het betalen van een boete van 750 euro vanwege het vervalsen van een Leids propedeusediploma rechten, die hij bij de Universiteit van Amsterdam had ingediend. K. gaf de vervalsing toe en zei uit ‘wanhoop’ te hebben gehandeld. De Universiteit Leiden en met name de examencommissie zou hem ‘onmenselijk’ hebben behandeld en hem ‘in zijn eer hebben aangetast’.

Op de laatste dreigbrief die Elias ontving, waren twee kinderpostzegels geplakt. Op een van deze zegels zat DNA-materiaal van K.. Ook pasten de zegels mogelijk in een aangebroken vel dat bij hem thuis was aangetroffen. K. betoogde eerder dat hij had zijn agenda met daarin de postzegels had meegenomen naar de rechtenfaculteit, waar ze kwijt waren geraakt of misschien zelfs gestolen. Iemand anders had de zegels vervolgens gebruikt. De rechter sprak hem ‘ondanks ernstige verdenkingen’ vrij. Het Openbaar Ministerie ging in beroep.

In oktober 2015 kwam de zaak voor het Gerechtshof, dat verder onderzoek naar de postzegels door het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) gelaste. Maandag diende de zaak opnieuw in Den Haag. Uit het nieuwe onderzoek blijkt dat op twee postzegels DNA-sporen zitten die matchen met het profiel van K. Niet alleen op een kinderzegel maar ook op een zegel met ‘een afbeelding van Beatrix’. Maar de kinderzegels op de eerdergenoemde brieven komen volgens het NFI ‘zeker niet’ van het vel dat bij K. thuis lag.

De rechter wilde weten hoe het zat met het DNA van K. op de Beatrixzegel. ‘Wellicht is de zegel weggenomen uit mijn huis’, antwoordde K. ‘door iemand die toegang tot mijn woning had, mogelijk vrienden of studiegenoten’. K. ontkende nogmaals de aantijgingen. ‘Ik wil niemand pijn doen. Ik heb ook geen motief. Bedreigingen zouden mijn zaak met de universiteit ook helemaal niet helpen.’ Volgens K’s advocaat Ronald van der Horst was het ook niet uitgesloten dat K’s kinderen iets met de zaak te maken hebben.

Volgens de raadsman is er ook geen correlatie tussen de botsingen van K. met de examencommissie en de ontvangst van de brieven. De brieven stonden ook niet op de computer in het huis van K. die door de politie is onderzocht.

Van der Horst probeerde ook twijfel te zaaien over Elias zelf. De verdachte zou de rust zelve zijn geweest en zich zeker niet agressief hebben opgesteld tegen de voorzitter van de examencommissie. Elias zou zelf de kwestie persoonlijk hebben gemaakt. De advocaat haalde zelfs een artikel in Mare uit maart 2015 aan over een andere, vanwege fraude veroordeelde rechtenstudente die zich geïntimideerd voelde door de examencommissie.

"Ik voelde me aangevallen tijdens dat gesprek", antwoordde de studente duidelijk geëmotioneerd. "Ik had toen eerlijk moeten zijn. Er waren twee mannen en een vrouw. Maar ik was heel bang, vooral voor de mannen."

De advocaat-generaal eiste een werkstraf van tachtig uur. Dat is fors lager dan de werkstraf van 180 uur die de officier van justitie in 2014 in gedachte had. Het Hof doet op maandag 21 november uitspraak.