Columns & opinie
...maar insluiten, in plaats van uitsluiten
Diversiteit is nu eenmaal een gegeven, schrijft de Leidse diversity officer Isabel Hoving. De vraag is hoe je daar adequaat op inhaakt.
donderdag 27 oktober 2016

Jammer genoeg herkende ik in het stuk van Teun Voeten (‘Laat wetenschap haar gang gaan’, Mare 6, 12 oktober) niets van hoe het diversiteitsbeleid er hier in Leiden uitziet. We werken nu al drie jaar met veel collega’s en studenten aan een inclusieve universiteit en we zien het draagvlak en het enthousiasme met de dag groeien. Hoe zit dat?

Het Leidse diversiteitsbeleid is gebaseerd op het besef dat de wereld is veranderd en dat de samenleving diverser is geworden. Universiteiten en bedrijven veranderen mee. Grote spelers, waaronder Harvard, Oxford, Shell en IBM, zien diversiteitsbeleid als kans. Een kans om zelf diverser te worden, en om daardoor ook beter in te kunnen spelen op de behoeftes van de uiteenlopende groepen studenten en klanten van de 21e eeuw. De beslissing om diversiteitsbeleid in te voeren is onafhankelijk van een bepaalde ideologie of politieke kleur. Diversiteit is een gegeven. De vraag is hoe je daar adequaat op inhaakt. Voor bedrijven is dat simpelweg een business-case. Voor universiteiten gaat het om kwaliteit.

De universiteit wil uitstekende wetenschappers in huis halen, uitstekend onderwijs geven, en het allerbeste uit studenten halen. Dat klinkt als een open deur.

Toch groeit onder wetenschappelijke onderzoekers de twijfel over de vraag of universiteiten hier wel in slagen. Wat is toch de reden dat – juist in Nederland – zo weinig vrouwen hoogleraar zijn? Bibliotheken vol onderzoek laten zien dat allerlei culturele, sociale en psychologische factoren – vaak onbewust – een rol spelen bij de beoordeling van wetenschappelijke kwaliteit.

We hanteren onbewust een bepaalde norm voor wat een excellente wetenschapper of student is. Die norm kleurt ons oordeel nog steeds, ook al past hij niet meer bij de wetenschappelijke praktijk van de 21e eeuw. Als wetenschappelijke instelling nemen we dit onderzoek naar impliciete vooroordelen serieus. Daarom houden we onze benoemingsprocedures kritisch tegen het licht. We willen er zeker van zijn dat oneigenlijke overwegingen geen kans krijgen. We willen geen talent mislopen.

Dat is geen positieve discriminatie. Integendeel. We proberen juist te voorkomen dat onze procedures onbedoeld discrimineren. Het mooie is: het werkt. De Universiteit Leiden telt nu al een hoger percentage vrouwelijke hoogleraren dan andere Nederlandse universiteiten – al bungelt Nederland met een zielig percentage van rond de 17 procentt op dit punt nog onderaan het Europese lijstje (in 2014). En dat terwijl er in Nederland iets meer vrouwelijke dan mannelijke studenten zijn.

Ons streven onze benoemingsprocedures te verbeteren heeft ook een andere reden. Onderzoek laat zien dat diversiteit en kwaliteit samenhangen. Diverse teams presteren beter. Begrijpelijk: met diversiteit komt een veelheid van perspectieven binnen, en daar zijn kwaliteit en vernieuwing mee gediend.

Harde cijfers laten ook zien dat het nog niet goed lukt iedereen goed en effectief onderwijs te geven. Studenten met een niet-westerse achtergrond doen het bij ons minder goed. Waarom? Aan andere Randstad-universiteiten is er ook een kloof, maar die is een stuk minder groot. We zijn met veel verschillende studenten in gesprek, verschillend wat betreft gender, seksuele oriëntatie, etnische achtergrond, en gezondheid. Wat hebben zij nodig? Welke obstakels komen zij tegen? Om studenten goed onderwijs te kunnen geven, en klassen internationaler en diverser te maken, verzorgen we steeds meer onderwijs in het Engels, en zorgen we dat collegezalen toegankelijk worden voor studenten met een functiebeperking.

Maar daarmee zijn we er nog lang niet. Studenten vertellen ons bijvoorbeeld dat ze rolmodellen missen. Daarom zetten alle faculteiten er zich voor in om alle studenten een studiebegeleider te bieden die hun situatie echt van binnenuit begrijpt. Dat helpt om je je thuis te laten voelen op de universiteit. En dat zorgt er weer voor dat je de talenten die je in je hebt beter kunt ontplooien.

Studenten studeren in Leiden om de wereld te leren kennen. Hier wil je medestudenten van allerlei achtergronden leren kennen. Dat kan alleen als iedereen zich thuis voelt, aansluiting vindt bij anderen, en zich vrij voelt de eigen ervaringen te delen. Daarom praten we met studieverenigingen over hoe ze contact kunnen leggen met nieuwe groepen studenten. Daarom gaat de regenboogvlag uit op Coming Out Day, daarom is er net een ontmoetingsplaats voor vluchtelingstudenten geopend, daarom zijn er prijzen ingesteld om inclusieve initiatieven van studenten te belonen, en daarom zijn er nog tientallen andere activiteiten gaande.

Dit is zoals het diversiteitsbeleid er aan onze universiteit in de praktijk uitziet: een breed palet aan activiteiten waarvoor veel mensen zich inzetten, en dat er nu al toe begint te leiden dat mensen zich hier meer thuis voelen, en met meer plezier en betere resultaten studeren en werken. Ons werkplan 2014-2016 staat op de universiteitswebsite. Ik beveel het de lezers van harte aan.

Isabel Hoving is diversity officer aan de Universiteit Leiden

Zie ook het artikel van Kimini Delfos: Emancipatie is niet harder moeten lopen