Nieuws
Namaak-nakijkers betrapt
Een professioneel bureautje van nep-reviewers zette een Leidse vakbladredacteur op het verkeerde been. Die hing de vuile was buiten.
donderdag 2 juni 2016

Door Bart Braun In het British Journal of Clinical Pharmacology van deze maand gaat de redactie diep doch moedig door het stof. Het blad moest een artikel intrekken nadat er ernstige fouten in bleken te zitten, schrijft hoofdredacteur Adam Cohen. Hij is de baas van het Leidse Centre for Human Drug Research, en hoogleraar bij het Leids Universitair Medisch Centrum en het farmacologie-instituut LACDR.

Om te voorkomen dat er artikelen met fouten gepubliceerd worden, hanteren wetenschappelijke vakbladen een systeem van zogeheten peer review: de redactie stuurt ingezonden artikelen door naar een wetenschapper die beoordeelt of het onderzoek wel volgens de regelen der kunst is uitgevoerd.

De makers van dit artikel hadden zelf al voorgesteld welke peer reviewers geschikt zouden zijn: prominente vaklieden van vooraanstaande Amerikaanse universiteiten. Hun emailadressen stonden er al bij. De redactie stuurde het artikel door, kreeg binnen een paar dagen antwoord en ging tot publicatie over.

Al snel volgde een ingezonden brief. Een Indiase student hadden het stuk eens goed onder de loep genomen, en sprak van garbage in, garbage out.

De aap kwam uit de mouw: achter de opgegeven e-mailadressen scholen geen ivy league-onderzoekers, maar een Chinees bedrijfje dat tegen betaling namaak-reviews levert. ‘De onderzoekers waren verontwaardigd toen we contact zochten’, vertelt Cohen. ‘Zij zeiden dat ze dachten dat het bedrijf de echte deskundigen zou regelen.’

Achteraf zijn allerlei waarschuwingstekens te zien: het gammele Engels van de ‘toponderzoekers’, de conclusie van het onderzoek die eerdere studies tegensprak, het naar wetenschappelijke begrippen razendsnelle antwoord.

‘We schamen ons’, schrijft Cohen dan ook. ‘Maar we moeten ook beseffen dat het redactie en review-proces niet ontworpen zijn om fraude door criminele organisaties tegen te gaan. Politiewerk is niet de taak van redacteuren, en als het dat wel was, zou het werk onmogelijk worden. We kunnen niet kijken of de data netjes verzameld is, of de medisch-ethische commissie wel echt de studie heeft goedgekeurd, of alle patiënten toestemming hebben gegeven.’

Wie moet dat dan wél doen? ‘De instituten. Dit is ondoenlijk werk voor de tijdschriften. We moeten wel zorgen dat de juiste mensen onze artikelen reviewen, maar daar gaan we naar kijken.’ Het redactiebeleid van het BJCP blijft op vertrouwen gebaseerd. Wel zullen ze voortaan slechts één van de voorgestelde peer reviewers benaderen, en zoveel mogelijk de instituuts-mailadressen gebruiken.

Cohen: ‘De transparantie die we nu betracht hebben, heeft ons overigens verrassend veel complimenten opgeleverd. “Zo zou het moeten gaan”, horen we, ook van wildvreemden. Zo laat je zien dat je door het goed herstellen van fouten ook weer vrienden kan maken.’ De Indiase student is bijvoorbeeld co-auteur van Cohens commentaar. ‘Hij is heel blij dat hij een artikel in het BJCP heeft’, aldus Cohen.