Columns & opinie
Column: Oogkleppen
woensdag 1 juni 2016

Ahmed Aboutaleb noemde het betonrot; onzichtbaar en levensgevaarlijk. Dat Nederland het meest tolerante land van de wereld is, is een sprookje. Racisme is diep geworteld in de Nederlandse samenleving, maar het heeft een aantal jaar aan Zwarte Pietendiscussies moeten duren voordat de oogkleppen af gingen.

Uit het opiniepanel van EenVandaag, waarvan we kunnen verwachten dat de meeste leden weldenkende mensen zoals jij en ik zijn, bleek dat vier op de tien mensen denkt wel eens racistisch gedrag te vertonen, al dan niet onbewust. Maar liefst vijftig procent van het panel stelt nooit zijn handen vuil te maken aan racistische opmerkingen. Dat laatste lijkt me een beetje onwerkelijk.

Hoewel mijn achternaam op sommige momenten ankeiler is voor ongemakkelijke treingrappen, heb ik daar persoonlijk nog nooit aanstoot aan genomen. Misschien komt dat omdat ik me als Molukker noch Nederlander identificeer, waardoor ik tussen wal en schip val. Maar hierdoor heb ook ik, tot mijn schaamte, oogkleppen op.

Dit realiseerde ik me vorige week, toen ik op straat een Aziatisch stel passeerde. Ze waren mijn leeftijd, waarschijnlijk student. Zij stond, met de kenmerkende kinderfiets aan de hand, op iets of iemand te wachten. Terwijl ik ze passeerde, vroeg ik me af of ze uit China zouden komen en wat ze zouden studeren. Waarschijnlijk zaten ze elke dag in het Arsenaal, of misschien deden ze de International Bachelor in Psychology, zoals de meeste buitenlandse studenten.

Toen vervolgens het meisje in perfect Nederlands iets naar haar metgezel riep, was ik met stomheid geslagen. In eerste instantie over het feit dat ze toch geen buitenlandse student was, en vervolgens over mijn eigen kortzichtigheid. Nederlandse studenten zijn natuurlijk niet uitsluitend blank, maar op dat moment paste het uiterlijk van het Aziatische meisje niet in mijn referentiekader.

Ik schaamde me kapot.

Natuurlijk acht je jezelf niet racistisch, maar hoe kan het ook anders? De grap van onbewust racisme is dat je het niet doorhebt. Waar ligt de grens tussen een ogenschijnlijk onschuldig grapje en een kwetsende opmerking? En wie ben jij om te bepalen of iets kwetsend is voor de ander of niet?

Zelfs na het bekijken van het Sylvana Simons-uitzwaaievenement op Facebook, dat meer leek op het smerige afvoerputje van de campingdouche waar de haren zich blijven opstapelen, blijf ik geloven in de goedheid van de mens en het sprookje van de Nederlandse tolerantie. Ik denk alleen dat een groot deel van de Nederlandse bevolking zijn of haar racistische inslag onderschat.

Door Esha Metiary