Achtergrond
Vaarwel pedel
Oud-pedel Willem van Beelen overleed vorige week geheel onverwachts op 64-jarige leeftijd, nog geen drie maanden nadat hij met vervroegd pensioen ging. Zijn voormalige collega’s deelden herinneringen aan ‘de hoeksteen van het protocol’.
Petra Meijer
woensdag 25 mei 2016
'Zijn familie had pas bij zijn afscheid in de gaten wat een grootheid hij hier was.' © Marc de Haan

Emeritus hoogleraar Nieuwe Testament Henk Jan de Jonge: ‘Als pedel had Van Beelen tot taak ervoor te zorgen, dat de promoties goed verliepen. Promoties worden voorgezeten door decanen, oud-decanen en enkele andere hoogleraren. Die worden tevoren besproken en ingeboekt. Soms komt het voor dat zo’n voorzitter de afspraak vergeet en niet verschijnt. Wanneer Van Beelen dit enkele minuten voor een promotie bemerkte, stapte hij de kamer binnen waar de oppositiecommissie bijeen was. Hij keek de kring opponenten rond, besliste wie hem de geschiktste voorzitter leek, benoemde hem ter plekke tot voorzitter met de woorden: “U bent de voorzitter”, en hing hem de rectorsketen om.

‘Het draaiboek voor de benoeming van een eredoctor, meestal op de dies, is ingewikkeld. De gecompliceerde choreografie wordt op de ochtend voor de plechtigheid geoefend. Het protocol staat in een uitvoerig draaiboek, dat promotor, decaan, rector magnificus, pedel en een stand-in eredoctor met elkaar uitspelen. Vergissingen komen veelvuldig voor en iedereen die een fout begaat roept: “Zo staat het in het draaiboek”. De enige die helemaal geen draaiboek gebruikt en toch exact weet hoe het moet, is dan Van Beelen. Die zegt gewoon: nee, nu jij daar staan, nu jij daarheen lopen, nu jij dat zeggen. En altijd had hij gelijk.’

Frank Geerlings, een van de opvolgend pedels: ‘Wim was van de oneliners. Zijn bekendste was: ‘Nae de paes wordt de wetenschap wakker’. De eerste paar maanden is het hier rustig. Na Pasen begint iedereen aan de zomervakantie te denken en moet er nog snel gepromoveerd worden. Willem sprak het op zijn Katwijks uit, waardoor niemand het verstond en hij het constant uit moest leggen. “Ik ben geen Leienaar, ik ben een Kattuker”, zei hij dikwijls. Maar vis at hij dan weer niet. “Hèring, dat mot ik niet. Al leg je d’r 1000 euro naast, ik mot het nie.”’

Rector magnificus Carel Stolker: ‘Als rector woon ik vaak oraties bij. Ik kwam dan vaak zeer gehaast de houten trap op stormen. Ik hoefde dan niet eens te kijken om te weten dat Willem van Beelen daar klaarstond, in vol ornaat. Hij groette mij dan altijd met: “Meneer de rector.” En ik antwoordde: “Meneer de pedel.” Zo heeft hij dat zeventwintig jaar gedaan. Hij is nog nooit een dag ziek geweest en heeft nog nooit verzaakt. Zijn aanwezigheid was een zekerheid.’

Nogmaals De Jonge: ‘Hij was een man van de klok. Om kwart over elf ging hij altijd achter zijn broodje aan. ‘s Ochtends at hij krentenbollen en elke avond om half tien een appeltje. Op vaste tijden zette hij koffie. Als iemand tijdens een promotie beweerde dat het al tijd was, keek hij op zijn horloge en schudde zijn hoofd. “Nee, mijn tijd”, zei hij dan. Hij bepaalde.

‘Wanneer om kwart over vijf de promoties voorbij waren, zat zijn werk er eigenlijk op. Maar hij kon niet naar huis voordat de voorzitter de rectorsketen bij hem had ingeleverd. Die voorzitter was op de receptie om de nieuwe doctor en zijn kring te feliciteren. En zijn bezoek aan de receptie kon wel eens flink uitlopen. Het kon gebeuren dat de voorzitter pas tegen zes uur de keten kwam inleveren. Van Beelen zat dan in zijn kantoor op de verlaten eerste verdieping stil te wachten. Nooit heeft hij gemopperd dat het wel wat lang geduurd had.’

Marianne Wanders, secretaris college voor promoties: ‘Bij Willem ging alles altijd precies volgens het schema. Vergat een hoogleraar zijn baret, dan liep Willem er snel achteraan. Als hij in de gang op zijn horloge stond te kijken, zei ik wel eens: “Ach Willem, kom, schei toch uit.” Maar daar wilde hij niets van weten. “Nee, nee, dat doen we keurig op de klok.” Dat hij aanwezig was bij de eredoctoraten van Nelson Mandela en de voormalige koningin, daarmee was hij erg in zijn nopjes.’

Oud-rector en hoogleraar farmacologie Douwe Breimer: ‘Als pedel was Willem van Beelen de hoeksteen van het protocol. Zijn erudiete, koele optreden droeg daar ook aan bij. Willem was niet snel van zijn stuk. Hij werd niet snel boos. Maar in de Volkskrant stond ooit een foto van een academische viering waarbij hij met zijn ogen dicht zat, waardoor het leek alsof hij tijdens de plechtigheid in slaap gevallen was. Daar was hij gepikeerd over, want hij was “in diep gepeins verzonken”, zo zei hij dat zelf. Daar was hij dan toch wel weer gevoelig voor.

‘Ter gelegenheid van zijn 25-jarig jubileum als pedel, in 2014, ging ik met een fles champagne op zaterdagochtend bij hem langs. Daar was hij niet op voorbereid. Zo kwam ik met zijn moeder en broer aan de keukentafel terecht. We dronken koffie en het was buitengewoon gezellig.’

Rob Vervark, medewerker bureau van de pedel: ‘Voor Willem waren werk en privé twee compleet gescheiden werelden. Ik weet bijvoorbeeld niet hoeveel broers of zussen hij heeft. Maar toen mijn dochter – ze is nu zeven – werd geboren, wist hij altijd raad. Dan kwamen de eerste tandjes door en dan zei hij: ‘Oh, bij onze dinges….’, en deelde de tips en trucs van zijn neefjes en nichtjes.’

Rosalien van der Poel, chef kabinet bij het bureau van de rector: ‘Hij was bovenal een familieman en vertelde graag over zijn neven en nichten. Na zijn afscheid heb ik nog een middag lang alle foto’s die in de loop der jaren van hem met de groten der aarde gemaakt zijn op zijn iPad gezet. Dit apparaat had hij gekregen voor zijn afscheid. Het is treurig dat hij nu niet meer vol trots deze foto’s aan familie en vrienden kan laten zien. Hij was zo supertrots op zijn werk. Op zijn afscheidsreceptie op 29 februari 2016 was gelukkig ook zijn Katwijkse familie aanwezig. Zij hadden toen pas in de gaten wat een grootheid hij hier was, een boegbeeld voor de Universiteit Leiden, en zo bekend in de stad. Zijn werelden thuis en die op de universiteit lagen ver uit elkaar, volgens mij. Maar voor beide werelden was hij een belangrijke schakel bij allerlei festiviteiten. Of het nu om Koning Willem-Alexander ging of zijn nichtje van zes, zijn attentheid was altijd present, zowel in protocollaire zaken of in het meenemen van een cadeautje, of iets lekkers te snoepen.’

Erick van Zuylen, een van de opvolgend pedels: ‘Als eerbetoon wilde de 3 October Vereeniging vragen of hij dit jaar met zijn moeder in de gouden koets wilde tijdens de grote optocht. Het thema ONTSPANje paste bij zijn pensioen na 27 jaar als pedel.

‘“Zo’n pedel is niet op te volgen’, zei de rector al bij het afscheid van Van Beelen. Gelukkig doen we het met zijn tweeën - dan kan ik Frank (Geerlings, red.) altijd nog de schuld geven.

‘Willem wilde eigenlijk geen afscheidsreceptie, maar toen hij op 29 februari uit dienst trad, gingen we na afloop samen nog wat eten bij café Barrera. Op de brug gaf hij me een knuffel en zei: “Het is goed zo.” Dat was een mooi moment.’

Zie ook: 'Een kwestie van durven', Mares portret van Van Beelen bij zijn pensioen.