Achtergrond
071-527....: Onbedoelde effecten
De interventies van het Internationaal Strafhof (ISH) in Afrikaanse landen hebben onvoorziene gevolgen, aldus de Amerikaanse onderzoeker Christian De Vos.
donderdag 10 maart 2016

U hoopt op 16 maart te promoveren op een onderzoek naar de rol die het Hof speelt in Kenia, Oeganda en de Democratische Republiek Congo. Waarom deze landen?

‘Ik ben geïnteresseerd in het principe van complementariteit. Het Strafhof vervolgt personen, bijvoorbeeld voor oorlogsmisdaden, in Den Haag maar is ook actief in een aantal landen. Het idee is dat wat het Hof doet, een aanvulling is op het juridische systeem van een land. Ik heb gekeken hoe dat idee in de praktijk werkt. Ik heb drie Afrikaanse landen met elkaar vergeleken waar recentelijk veel geweld is geweest en waar wordt gepoogd daders te vervolgen. Ik heb bestudeerd wat de gevolgen zijn van de bemoeienissen van het Hof met deze landen.’

En?

‘Het blijkt dat de interventies allerlei onbedoelde effecten hebben gehad. Zaken die de medewerkers van het Hof absoluut niet hadden zien aankomen.’

Wat gebeurde er dan?

‘In Oeganda en Congo is het Strafhof gevraagd om een rol te spelen. In Kenia niet. Maar dat land had wel het Statuut van Rome ondertekend. Daarmee erkende het land het Hof. In Kenia vielen er bij verkiezingsrellen in 2007 en 2008 veel doden. Het was de bedoeling dat er daders vervolgd gingen worden. Het ISH zou dat gaan doen. ‘Toen gebeurde er iets opvallends. Twee gezworen politieke vijanden: Uhuru Kenyatta en zijn rivaal William Ruto zagen het niet zitten dat het Hof uit ging zoeken welke rol zij hadden gespeeld in het geweld. ‘Het Hof zei eigenlijk: “Als jullie zelf niet je zaakjes opknappen dan komen wij dat doen.” De aartsvijanden werkten echter liever samen dan dat zij onder het vergrootglas van het IHS kwamen te liggen. Dus werd er een politieke alliantie tussen de twee gesmeed om vervolging te voorkomen. Het Hof werd de vijand. Nu ze aan de macht zijn, is het nog moeilijker om misdaden gepleegd door bondgenoten en aanhangers van deze partijen aan te pakken. De inmenging van het ISH had grote invloed op de politieke ontwikkelingen.’

Moet het Hof meer rekening houden met de politieke verhoudingen in een land?

‘Ja. De staf van het Hof werkt keihard aan het verbeteren van de rechtsspraak in deze landen. Het IHS zegt: “We doen aan rechtvaardigheid. We zijn een juridisch orgaan en doen niet aan politiek. Maar zo werkt het niet. Je mengt je in ingewikkelde politieke processen. Daar moet het Hof zich heel erg van bewust zijn.’

Zijn er ook onverwachte gunstige ontwikkelingen?

‘Zeker. In Congo was er best een positief effect. Er waren daar al militaire rechtbanken die dit soort misdaden vervolgden, maar daar was weinig vertrouwen in. Het feit dat het ISH zich ging bemoeien met het land, activeerde het maatschappelijke middenveld, non-gouvermentele organisaties en donorlanden om een grotere rol te spelen in het opzetten van mobiele rechtbanken. De organisaties karakteriseren met opzet deze rechtbanken als een uitbreiding van en complementair aan het werk van het Hof. Terwijl het Hof nauwelijks met deze instellingen te maken heeft. De inmenging heeft als een soort katalysator gewerkt. ‘In Oeganda is er weinig succes. Daar is alle aandacht komen te liggen op het vervolgen van leden van rebellen van het Verzetsleger van de Heer. Dat terwijl er ook gruwelijkheden zijn gepleegd door de regering. Maar die blijft buiten schot. Niet dat er al veel gebeurt. Er is een procedure in gang gezet tegen een van de rebellen. Maar dat proces is nog niet eens gevoerd.’ VB