Achtergrond
Het is allemaal hun schuld
Ze veroorzaakten de pest en wisten van 9/11. In de loop der eeuwen werd de haat tegen de Joden steeds kwaadaardiger, zegt historicus Chris Quispel.
Vincent Bongers
woensdag 3 februari 2016
Antisemitische afbeeldingen door de eeuwen heen. Propagandaverhalen waren overigens minder subtiel dan de propagandeplaatjes.

‘In 1919 ging in Duitsland het toneelstuk Schloss Wetterstein van Frank Wedekind in première’, vertelt historicus Chris Quispel (1947). ‘Critici en toeschouwers ergerden zich aan de seksueel expliciete inhoud. Wedekind was niet Joods. Toch schreef een krant over “joodse rotzooi”. De politie waarschuwde dat verdere opvoeringen van het stuk tot pogroms zouden leiden en tijdens een voorstelling werden Joden en Joods uitziende toeschouwers bedreigd en mishandeld. In de geschiedenis van het antisemitisme komt dat steeds weer terug: Joden worden betrokken bij iets waarmee ze niets te maken hebben.’

Quispel ging in 2012 met pensioen als universitair docent geschiedenis in Leiden. Maar hij geeft nog elk jaar een hoorcollege over de geschiedenis van het antisemitisme. Onlangs publiceerde hij een boek over de ontwikkeling van Jodenhaat in Europa.

‘In de oudheid is er al allerlei geweld tegen Joden’, zegt Quispel. Zo schrijft de Egyptenaar Apion dat de Griekse koning Antiochus IV (215-164 voor Chr.) in de tempel van Jeruzalem een man ontmoet die is ontvoerd door vreemdelingen. Zijn ontvoerders brachten hem naar de joodse tempel, waar hij werd opgesloten maar tegelijkertijd voorzien van onbeperkte hoeveelheden van het meest heerlijke eten. Na verloop van tijd kwam hij er achter wat er aan de hand was. De ‘onuitsprekelijke (ineffabilem) Joodse wet legde de Joden op om ieder jaar een onschuldige Griek te ontvoeren. Deze moest worden vetgemest met het doel hem uiteindelijk te offeren. Het slachtoffer moest ter dood worden gebracht volgens precieze Joodse rituelen en daarna worden opgegeten’, schrijft Quispel in zijn boek.

Toch passen zulke vooroordelen ‘in het algemene patroon van etnische vooroordelen die opduiken als er gestreden wordt om de macht in een stad of land’. Dit verandert bij het antisemitisme dat later in Europa zal ontstaan. ‘Daarin is de anti-Joodse houding in de kerk heel belangrijk. Dat loopt als een rode draad door de geschiedenis heen, eigenlijk tot vandaag. Het christendom is gebaseerd op ideeën uit het jodendom. De eerste christenen waren Joden. Juist daarom zorgt de breuk voor felle debatten. Een fundamenteel conflict gaat over Jezus: is hij de Messias, of juist niet? En de Joden krijgen het verwijt dat zij Christus hebben gekruisigd.

Als christenen in de Middeleeuwen de Talmoed (belangrijk religieus boek in het jodendom, red.) ontdekken en merken dat de joodse religie niet statisch is maar leeft en kritisch is op het christendom, schrikken ze daarvan. Ze voelen zich verraden. Belachelijk natuurlijk.’

Maar het geruzie leidt aanvankelijk nog niet tot veel geweld tegen Joden. Dat verandert in de tweede helft van de Middeleeuwen. In 1096 trekt een kruisvaardersleger onder leiding van graaf Emicho van Leiningen door de Duiste Rijnstreek. Hun strijdkreet: ‘Wij nemen onze ziel in onze handen om diegenen te doden en te onderwerpen die niet geloven in de Gekruisigde.’ De kruisvaarders slachten elf Joden af in de stad Speyer.

‘In Worms liep het uit de hand toen “vijanden van de Joden” een lijk door de stad droegen en riepen dat de dode door de Joden was gekookt en dat het kookwater in de bronnen was gegooid om die te vergiftigen. Woedende burgers en kruisvaarders sleurden de Joden uit hun huizen en vermoordden hen. Hierna blijven vervolgingen, verbanningen en uitbarstingen van geweld aanhouden. Er is een hele reeks van kwaadaardige beschuldigingen. Een van de belangrijkste is dat de Joden een complot smeden met de duivel en de christelijke wereld willen vernietigen.

‘Die vooroordelen worden niet alleen steeds kwaadaardiger, maar ook “functioneel.” Men gebruikt ze als verklaring voor een groot aantal onbegrijpelijke gebeurtenissen, zoals de pestepidemieën tussen 1347 en 1351. Dat is de grootste ramp die Europa ooit getroffen heeft, waarbij een derde van de bevolking sterft. Terwijl Joden nooit een reële bedreiging zijn geweest, komen deze ideeën vast te zitten in de geest van Europa, oproepbaar door demagogen en politici.

‘Het is echter niet zo dat er constant sprake is van haat en geweld. In de negentiende eeuw krijgen Joden in veel Europese landen gelijke rechten. Ze mogen overal wonen en krijgen de kans om beroepen uit te oefenen die eerder voor hen gesloten waren. Door de wetenschappelijke revolutie neemt het door religie aangewakkerd antisemitisme af.’

Maar er komt dan wel een nieuwe vorm voor in de plaats. ‘Duitsland wordt pas in 1871 een staat. Die ontwikkeling roept de vraag op: “Wat is Duitsland en wie horen daarbij?” De Duitse nationalisten vinden de Joden “een staat binnen de staat” en voorspellen dat dat zal uitmonden in een gevecht op leven en dood. Dat is een absurd idee, zeker als je je realiseert dat maar één procent van de Duitsers Joods is. Het is niet te begrijpen dat een redelijk intelligente Europeaan in 1890 serieus dacht dat hij met hen in oorlog was, maar toch was dat zo. Hitler zou dit gedachtegoed overnemen en daadwerkelijk een oorlog beginnen tegen de Joden.’

Een van de bekendste antisemitische publicaties en een invloed op Hitler is het pamflet De Protocollen van de Wijzen van Zion. De eerste uitgave in 1905 begint met deze zin: ‘Van een goede vriend, die inmiddels is overleden, kreeg ik een manuscript in handen, dat met buitengewone precisie en helderheid, plan en ontwikkeling beschrijft van een wereldwijde samenzwering, die als doel heeft de wereld naar zijn onvermijdelijke ontmanteling te leiden.’

Quispel: ‘In brede kring werd geloofd dat hier sprake was van een authentieke Joodse bron die leek te bevestigen wat al heel lang door antisemitische auteurs werd beweerd. Het stuk is geschreven als het verslag van een bijeenkomst, waar vertegenwoordigers van de “twaalf stammen van Israël”, bij elkaar waren gekomen onder leiding van een opperrabbijn om te spreken over aanstaande machtsovername van de christelijke wereld.’

Dat complotdenken zie je nu nog terug. ‘Een mooi voorbeeld is dat 11 september een Joodse samenzwering was. Ik kan me nog voorstellen dat iemand denkt: “Misschien had de Mossad er wel iets mee te maken. Israël heeft van de aanslagen geprofiteerd.” Maar de complotdenkers beweren dat er die dag geen Joden in de WTC-torens zaten: die bleven thuis omdat ze al wisten dat die vliegtuigen gingen komen. Totale onzin, absurd en kwaadaardig: er zijn veel Joden omgekomen.

‘In de Arabische wereld zijn De Protocollen erg populair. Maar het antisemitisme wordt daar gevoed door de Palestijns-Israëlische kwestie, een strijd om land. Dat maakt het anti-Joodse vooroordeel er niet minder erg door, maar het is wel een andere vorm van antisemitisme.’

In Nederland neemt het aantal antisemitische incidenten toe. ‘Vooral na 9/11’, aldus Quispel. In zijn boek somt hij op: ‘Synagogen werden beklad, Joden werden op straat uitgescholden en lastiggevallen. Velen durven geen keppeltje meer te dragen. Een jongen die in 2010 in Utrecht demonstreerde tegen Israël. Waarom? “Omdat de joden moeten worden uitgeroeid.” “Kankerjoden, kankerjoden, we komen jullie doden”, is een van de teksten van de Marokkaanse rapper PafPafPaf. Een andere Marokkaanse rapper, Appa, zei in 2009 tijdens een demonstratie tegen het Israëlische optreden in Gaza: “Worden meer moslims vermoord dan joden tijdens de Holocaust/ Creëren angst voor de islam en haat tegen de moslims.”

In Oost-Europa is het antisemitisme nooit weggeweest en de laatste jaren zelfs weer sterker aanwezig. ‘Daar zie je hoe diep antisemitisme kan zitten. In Hongarije heb je een plaatsje dat Tiszavasvari heet. De extreem-rechtse partij Jobbik heeft het daar voor het zeggen. De gemeente heeft een stedenband met het Iraanse Ardabil. De reden is dat ze een gemeenschappelijke vijand hebben: uiteraard “De Joden.”’

Chris Quispel, Anti-Joodse beeldvorming en Jodenhaat. De geschiedenis van het antisemitisme in West-Europa, Uitgeverij Verloren, 336 pag. € 32