Studentenleven
Frutti di Mare: Beschimmelde rijst en overal poep
Monica Preller
woensdag 20 januari 2016
Mart Lubben (links): 'Het programma had wel wat van een ontgroening.'

Twee shirts, twee broeken en een vest: dat is alles wat Mart Lubben (24, industrial ecology) aan kleding meenam op zijn reis als pseudovluchteling. De tocht, die hij maakte voor het EO-programma Rot op naar je eigen land, duurde een maand en een week en liep dwars door Europa. Eindstation: Jordanië. ‘Daar had ik het denk ik het moeilijkst. De tocht is sowieso zwaar, maar halverwege Turkije kreeg ik buikgriep en koorts. Eigenlijk kon ik niet meer, maar er was geen tijd om een dokter te zoeken. Ik kon kiezen: stoppen met het programma, of doorgaan met koorts. Ik koos voor het laatste’, vertelt Lubben. Hij en zijn vijf medekandidaten bereikten uiteindelijk allemaal Jordanië, het land waar de Syrische vluchteling Mouaz ooit zíjn reis begon. De deelnemers van RONJEL legden zijn route af in omgekeerde volgorde. Lubben: ‘Ik wist dat we een vluchtelingenreis gingen maken, maar onderweg naar beginpunt Texel zat ik toch constant na te denken: wat gaan we doen, waar gaan we heen? Wat dat betreft had het programma veel weg van een ontgroening. Je weet niet wat er gaat gebeuren, maar de mensen die het voor jou regelen weten het wel precies.’ Wat niet betekent dat het in scene is gezet, alles was echt, helaas.

Overigens kwam Lubben niet onbeslagen ten ijs. Zo begon hij enkele weken voor de reis intensief met hardlopen. ‘Ik dacht dat het handig zou zijn als ik fit was. Ik wilde graag goed voorbereid zijn. Wat dat betreft ben ik best wel een angsthaas.’ Desondanks duikt de hij in aflevering één een ijskoude Noordzee in, om vervolgens nog enkele kilometers te zwemmen naar een boot die hem en zijn medekandidaten naar Calais brengt. Daar verblijven de deelnemers een paar dagen in een vluchtelingenkamp. ‘Dat kamp was echt een drama. Mensen leven onder schandalige omstandigheden. Overal ligt poep, er zijn geen plekken om te koken en je kunt je nergens wassen. De eerste dag aten we beschimmelde rijst, die ik gekookt had. Ik wist dat het bedorven was, maar dat zei ik niet tegen de andere kandidaten. Anders zouden ze het misschien niet eten en ik verwachtte dat ze het niet zouden merken.’ Hij lacht even. ‘Na de uitzending wel dus. Maar ze namen het me niet kwalijk.’ Het contact met zijn mededeelnemers was dan ook goed, vertelt Lubben. ‘Het beste kon ik het vinden met Vincent, een geschiedenisstudent uit Utrecht. Maar eigenlijk krijg je met iedereen wel een band op zo’n reis. Je maakt dezelfde dingen mee en je bent heel erg op elkaar aangewezen, dus je moet wel. Kelly (één van de deelnemers – red) doet een paar stevige uitspraken, maar ze overdrijft op zijn Amsterdams, het is haar manier van praten. Als je dat weet begrijp je dat ze het minder hard bedoelt.’

Heeft het programma nu Lubbens kijk op vluchtelingen veranderd? ‘Niet echt, ik denk dat ik er vrij realistisch mee omga. Ze komen hier niet alleen om veilig te zijn, maar ook om een bestaan op te bouwen. De overheid kan daarbij helpen maar uiteindelijk moeten ze het zelf doen. Ik heb wel een beter idee gekregen van waaróm ze precies naar een land gaan als Engeland, Nederland of Duitsland of Nederland. Dat maakt mijn beeld van het hele verhaal wel completer.’

Rot op naar je eigen land (EO) is woensdag om 21.10 uur te zien op NPO3.