Columns & opinie
Scriptie in Amerika
Mark van Haaren vertrok naar Harvard voor zijn masteronderzoek voor biomedische wetenschappen en geneeskunde. Afgelopen week ontving hij de LISF-prijs voor zijn onderzoeksverslag.
woensdag 25 november 2015

Wat heb je onderzocht?

‘Ik heb fundamenteel onderzoek gedaan naar de verouderingsmarkers van bètacellen. Die zitten in je alvleesklier en maken insuline aan. Bij diabetes worden die cellen aangevallen. Maar ook veroudering lijkt daarbij een rol te spelen. Het is belangrijk om in kaart te brengen wat de oude en wat de jonge cellen zijn. Als je oude cellen kunt identificeren, kun je er medicatie voor ontwikkelen, om die veroudering te vertragen. De bètacellen van muizen lijken op die van mensen. Door onderzoek met muizen heb ik uiteindelijk een marker voor veroudering en ook een marker voor jonge cellen gevonden.’

Waarom moest dat in de Verenigde Staten?

‘Het onderzoek zelf zou ook wel in het LUMC kunnen plaatsvinden, maar in Amerika heb ik daarnaast kennisgemaakt met een andere onderzoekscultuur, met meer geld, meer expertise en meer mogelijkheden.

‘Ik heb zeven maanden onderzoek gedaan aan Harvard Medical School in Boston. Vervolgens heb ik anderhalve maand rondgereisd en daarna heb ik nog een paar maanden klinische ervaring opgedaan bij Penn, de universiteit in Philadelphia. Vooral Harvard is vrij bekend, waardoor er veel sprekers naartoe komen, die nieuwe inzichten meebrengen. Ik werkte er aan het Joslin Diabetes Center. Elke willekeurige dokter kent dat, maar voor Amerikaanse begrippen was het eigenlijk superklein: zes verdiepingen. We vormden een soort familie met de onderzoeksgroepen. Telkens als er hotshots werden uitgenodigd, werd er ook even ruimte gemaakt voor een laagdrempelig praatje met ons.’

Wat houdt de LISF-prijs eigenlijk in?

‘Bij een jaar in Amerika verblijven komt best wat geld kijken. Het was mogelijk dankzij een beurs van het Leids Universiteits Fonds (LUF): uit het LUF Internationaal StudieFonds. De LISF-prijs is voor het beste verslag van een onderzoek met zo’n LISF-beurs. Behalve een geldbedrag houdt de prijs in dat ik donderdag een presentatie mag geven op de Cleveringabijeenkomst in Parijs. Dat wil ik graag doen, want ik vind het leuk om te vertellen wat ik heb kunnen doen dankzij die beurs.’

Over die Amerikaanse onderzoekscultuur, hoe verschilt die van de Nederlandse?

Publish or perish, dat geldt in Amerika nog meer dan hier. Als je na een bepaalde tijd als assistent professor niet doorstroomt, houdt het gewoon op. De druk heeft minder met geld te maken dan in Nederland, maar je moet wel tot goede resultaten komen en alleen in toptijdschriften publiceren.’

Woonde je op de campus?

‘Nee, die is vooral voor undergraduates. Ik woonde in Brookline, een voorstadje van Boston, ramvol studentenhuizen. We woonden met allemaal Europese Harvard- en MIT-studenten. We deelden onze onderzoekservaringen, maar we zijn ook veel weekends op pad geweest. Naar Canada, Maine en in New York hebben we oud en nieuw gevierd.’

En wat doe je nu, met een mastertitel op zak?

‘Ik ben internist in opleiding, momenteel op de afdeling endocrinologie. Mijn focus ligt op het worden van een goede dokter, maar uiteindelijk wil ik zeker ook onderzoek doen. Verder ben ik bezig met een rits lastige testen om misschien arts te kunnen worden in de Verenigde Staten.’

MvW