Wetenschap
Slootwater - Testosteron - Pulsar
woensdag 7 oktober 2015

Slootwater

Het effect van landbouwgif op de beestjes in de omringende sloten is betrekkelijk klein, concluderen Leidse milieuwetenschappers. In Basic and Applied Ecology beschrijven ze hoe ze twee jaar lang monsters namen uit slootjes naast tulpenvelden en koeienweilanden, en de samenstelling vergeleken met die van nabijgelegen plasjes in natuurgebied. Er zit nogal wat verschil tussen de hoeveelheid visjes, insecten en andere beesten in de monsters, maar er zit altijd verschil in de samenstelling van twee biologische monsters. Ga tien meter verderop staan, of kom een paar weken later terug op precies dezelfde plek en er zit wat anders in je netje, laat staan als je de ene sloot met de andere vergelijkt over de loop van jaren. Met behulp van statistiek probeerden de onderzoekers helder te krijgen welke verschillen er nou echt door de pesticiden komen. Dan blijken omgevingsfactoren twee keer zoveel invloed te hebben dan het landbouwgif, en de invloed van tijd is ongeveer even groot.

Testosteron

Mensen met een sociale angststoornis hebben vaak de neiging om hun gesprekspartner niet aan te kijken. Een groep Nederlandse psychologen, waaronder Leidenaars Anita Harrewijn en Philip Spinhoven, laat in het vakblad Psychoneuroendocrinology een proefje rond dat gegeven zien. Ze wisten al dat sociaal angstigen een lagere testosteronspiegel hebben, en dat testosteron een rol speelt bij bepaalde vormen van elkaar aankijken.

De psychologen namen een groep vrouwelijke angststoornis-patiënten en liet ze twee keer langskomen. De ene keer kregen ze een placebo, de andere keer een glaasje met testosteron. Vervolgens moesten ze naar gezichten op een scherm kijken. Boze gezichten, blije gezichten en gezichten met een neutrale uitdrukking. Normaal gesproken kijken de angstigen snel weg als er een boze blik op het scherm verschijnt, maar met een testosterondosis kijken ze net zo lang naar boze koppen als naar neutrale gezichten. Misschien dat het hormoon een rol kan spelen in de therapie, opperen de auteurs.

Pulsar

De radiotelescoop LOFAR heeft een gekke pulsar gevonden. Pulsars zijn sowieso al vrij gek: ingestorte sterren met een gigantische dichtheid, die razendsnel om hun as draaien en als een vuurtoren bundels met straling rondslingeren. Vanaf een afstandje lijkt zo’n ster te knipperen – je ziet de bundel alleen als hij jouw kant op schijnt – en daar komt de naam vandaan: pulsating star.

In sterrenkundetijdschrist MNRAS beschrijft een LOFAR-team, waaronder Laura Bîrzan en Huub Röttgering van de Sterrewacht, een pulsar met een fluisterstand. De prozaïsch genaamde ster PSR B0823+26 heeft periodes waarin hij ineens honderd keer zwakker straalt dan normaal. Er zijn zo’n 2300 pulsars bekend, maar slechts een handjevol lijkt dit te doen. Het is niet helemaal duidelijk waarom: er zijn andere pulsars die even oud, zwaar en magnetisch zijn, die het gedrag niet vertonen.

Door BART BRAUN