Columns & opinie
Brief: De antisemitische vos
woensdag 20 mei 2015

Het verhaal is vaak verteld hoe de Leidse ‘hoogleraar’ Robert van Genechten het meesterwerk van de Nederlandse literatuur Van den vos Reynaerde bezoedelde. Ook de speciale oorlogsuitgaven van Mare (‘… en zij waren fout’, 30 april) staat stil bij zijn bewerking van het verhaal, onder het kopje ‘De antisemitische vos’.

Nu was Van Genechten niet de enige Leidse hoogleraar die tijdens de oorlog een Reynaert-publicatie het licht deed zien. In 1944 verscheen van de hand van de vooraanstaande Reynaertkenner prof. J.W. Muller bij Brill nog een prestigieuze editie van het middeleeuwse verhaal. Hij was toen al op hoge leeftijd en reeds lang met pensioen. Op het spoor van de Reynaert was hij in 1882 gezet door een Duitse geleerde Joh. Franck, wiens carrière geleden heeft onder antisemitisme.

Zijn zoon was Frederik Muller, de rector die de Duitsers verwelkomde in 1940 en die terug te vinden is op de zwarte lijst die ook in Mare wordt gememoreerd. Voor het gedrag van die zoon heeft Muller zich meer dan eens moeten verantwoorden in academische kringen. Al zei hij het niet in het openbaar, hij heeft het er erg moeilijk mee gehad.

In zijn Reynaert-editie keerde hij er zich tegen dat Van den vos Reynaerde geclaimd werd door één ideologische strekking. Hij geeft in een voetnoot daar enkele voorbeelden van en hekelt bovenal het misbruik dat Van Genechten maakte van de Reynaert door er een anti-joodsch (curs. Muller) pamflet van te maken.

Achter een voetnoot kan veel tragiek schuilen.

Jan de Putter

werkt aan een proefschrift over Van den vos Reynaerde