Columns & opinie
Column: Hier heb je een ballon
woensdag 1 april 2015

Afgelopen week zat ik op de grond in een overvolle zaal van het Leidse muziekhuis Qbus, te luisteren naar een verhaaltje van journalist Joris Luyendijk. Hij had twee jaar lang mensen uit de Londonse financiële sector geïnterviewd en betoogde dat er sinds de financiële crisis eigenlijk helemaal niets veranderd is, omdat de onderliggende oorzaken van die crisis niet zijn aangepakt. Het zijn niet de individuele bankiers die een crisis maken, maar de onderliggende regels die het systeem vormen. En aangezien die regels nog precies hetzelfde zijn, kunnen we wachten op een nieuwe crisis.

Dat herken ik heel erg uit mijn eigen onderzoek: het is niet zo dat er ergens een grote samenzwering is van rijke mensen die graag het klimaat naar de knoppen helpen, maar de onderliggende regels van ons systeem zitten zo in elkaar dat het bijna niet anders kan dan dat we op een klimaatramp afstevenen.

Nu vond ik dat zelf een heel belangwekkende ontdekking, maar mijn vrienden?

Eerst: wat is er aan de hand? Omdat Nederlands beleid er via belastingvoordelen heel erg op gericht is om iedereen zo snel mogelijk aan een hypotheek te krijgen– liefst ook nog voor 120 procent van de waarde van het huis – creëer je een enorme hoeveelheid geld. Geld dat letterlijk uit de ijle lucht gegrepen is, want banken mogen tien keer zo veel geld uitlenen als ze zelf op de balans hebben staan.

Zo veel geld in de huizenmarkt pompen zorgt vervolgens voor een enorme huizenbubbel. Een gemiddeld huis is sinds mijn geboorte bijna vier keer zo veel waard geworden, en, misschien wel belangrijker, ten opzichte van een gemiddeld inkomen is een huis nu bijna twee keer zo veel waard.

Vervolgens zijn Nederlanders zo gewend geraakt aan steeds maar meer geld uit huizen trekken, dat we ons consumptiepatroon daarop hebben gebaseerd. Onze economie is zo ingericht dat als, zoals tijdens de crisis, de huizenprijs iets daalt en we plots geen gratis geld meer krijgen de rest van de economie ook in elkaar zakt.

Onze regeringspartij VVD is doodsbang om serieus over dit probleem na te denken en doet er alles aan om die huizenbubbel op te blijven pompen. Luyendijk had dan ook geen goed woord over voor die partij.

Dat meldde ik natuurlijk onmiddellijk aan de VVD’er in de vriendengroep. Zijn antwoord? ‘Ja, als journalist die een boek wil verkopen heeft hij er natuurlijk alle belang bij een provocerende conclusie te trekken.’

Grappig, want juist dit fanatieke VVD-vriendje had als eerste van ons jaren geleden al een huis gekocht, moest het vervolgens tijdens de crisis met enorm verlies verkopen, en heeft nu wéér een huis gekocht, ervan uitgaande dat de huizenbubbel maar zal blijven groeien.

Nu snap ik ook wel dat een dikke hypotheek die als molensteen om je nek hangt tot een verregaande vorm van het stockholmsyndroom kan leiden. Maar van de rest van mijn vriendengroep had ik toch meer verwacht. Het is immers onze generatie die door de hebberigheid van onze ouders in de penarie zit, zowel huizenmarkt- als klimaattechnisch.

Toen ik dit in onze WhatsApp-groep probeerde aan te kaarten (toegegeven, niet het meest voor de hand liggende podium) was de reactie: een plaatje van een clown met als tekst ‘goed verhaal, hier heb je een ballon’, een plaatje van een jongen die melodramatisch onder de motorkap van een auto kijkt: ‘yep, that’s the engine’, en een plaatje van Wout Zijlstra, Nederlands sterkste man, die met een Friese vlag zwaait.

Zo ver gaat de apathie onder mijn vriendengroepje: ze nemen niet eens de moeite om er een grappige meme bij te zoeken. Dat wordt nooit wat met de wereld.

Benjamin Sprecher is promovendus bij het Centrum voor Milieuwetenschappen Leiden