Wetenschap
Oma promoveert op Kafka
Ze zijn 'de intellectuelen' van de familie. Pien Valk, de oma van de Leidse geneeskundestudente Sabine Voigt, promoveerde gisteren. ‘Ik heb niet eens atheneum of hbs gedaan.’
Marleen van Wesel
woensdag 18 maart 2015
Pien Valk en haar kleindochter Sabine Voigt: ‘Dit is een geweldige erkenning.’ © Marc de Haan

‘Alzheimer en dementie vind ik interessant’, vertelt eerstejaars geneeskunde Sabine Voigt (20). ‘Over ons brein is nog veel onbekend. Daarop zou ik later wel willen promoveren.’ De eerste uit haar familie die echter een proefschrift gaat verdedigen, is haar oma. ‘Die is juist nog behoorlijk bij de tijd. We bellen, mailen en whatsappen veel. We zijn allebei nieuwsgierig en willen graag dingen onderzoeken. Volgens mijn oma zijn we de intellectuelen van de familie.’

Pien Valk (83) is afgelopen woensdag gepromoveerd aan de universiteit waar haar kleindochter studeert. Als buitenpromovendus. ‘Zelf heb ik niet eens atheneum of hbs gedaan’, vertelt ze. ‘Dat ik nu mocht promoveren aan de universiteit van Cleveringa, is een geweldige erkenning.’

Centraal in het proefschrift staat de leer van psychoanalytica Julia Kristeva over abjectie: een proces van identiteitsvorming. Valk: ‘Die leer is op allerlei literatuur toe te passen, maar specifiek de Joodse literatuur boeide me. Mijn vader was Joods.’ Ze koos daarom voor De gedaanteverwisseling (1915) van Franz Kafka en Huwelijksleven (1929-30) van David Vogel.

‘We kennen natuurlijk het dader-slachtofferperspectief van na de oorlog, maar ook daarvoor hadden joden last van antisemitisme. Identiteit was erg belangrijk en die werd vooral bepaald door je nationaliteit. Maar voor Joden gold dat meestal niet. Zij zaten vaak op de grens van niet en wel. En op die grens hebben ze prachtige dingen gemaakt.’

Valk hield haar kleindochter goed op de hoogte van het schrijfproces.

Voigt: ‘Bij de stukken die ze stuurde was ik snel de draad kwijt, maar ze vertelde ook hoeveel werk het was en waar ze tegenaan liep.’ Omgekeerd whatsappt Voigt over háár tijd aan de Leidse universiteit. ‘Niet de details van studentenfeestjes hoor. Meer over de colleges. Ons beeld van de Leidse universiteit komt wel overeen: klassiek, traditioneel, een soort van degelijk.’

Zelf wil ze met een promotie niet zo lang wachten. ‘Binnenkort overleg ik met mijn mentor of ik in het tweede jaar al wat onderzoek kan doen. Nu ben ik alleen dom spieren uit mijn hoofd aan het leren.’

Op haar studentenkamer ligt een achttiende-eeuwse dichtbundel. ‘Gekregen van mijn oma. Ik lees er regelmatig in, maar een literatuurstudie kwam eigenlijk niet in me op. Ik was meer van de biologie. Maar de vraag over identiteit uit het proefschrift is interessant en veel in het nieuws.’

‘Mijn proefschrift is geen recept’, nuanceert Valk. ‘Aan de hand van Kristeva laat het wel zien hoe driften een grote rol spelen in identiteitsprocessen. Sociale maatregelen kunnen daarbij eigenlijk niet veel oplossen. Maar op het persoonlijke vlak zou onderwijs een mooie bijdrage kunnen leveren aan de bewustwording van die driften.’

Valk, die jarenlang als docent Engels heeft gewerkt, ziet gerust bovenbouwlessen of colleges voor zich, en niet per se met Vogel of Kafka. ‘Kafka is niet belangrijk. Abjectie kun je aan de hand van iedere tekst laten zien, ook met een sonnet van Shakespeare. Al heeft Kafka dat wel heel knap gedaan, zonder dat hij het wist.’

Pien Valk, Exclusion and Renewal. Identity and Jewishness in Franz Kafka’s The Metamorphosis and David Vogel’s Married Life. promotie was 18 maart