Columns & opinie
Opinie: Laat los, die nominale studieduur!
Wie snel afstudeert wordt geprezen, wie dat niet doet is een profiteur of luilak. Hoog tijd om de Amerikaanse studiecultuur in te voeren, schrijft Marieke Weijler.
dinsdag 7 oktober 2014
© Silas.nl

Vorig jaar kwam de Landelijke Studentenvakbond met een onderzoek naar buiten waaruit blijkt dat de helft van de ondervraagden ooit psychische problemen heeft gehad tijdens de studietijd. Een kwart van de studenten die deelnamen aan het onderzoek had recent last van klachten als depressiviteit, stress of vermoeidheid.

Dit is niet verwonderlijk. Er is in Nederland een cultuur ontstaan waarin een student wordt geprezen als hij snel afstudeert en wordt weggezet als profiteur van het onderwijssysteem of luilak als hij langer dan vier jaar over zijn opleiding doet.

Tegelijkertijd worden aan afgestudeerden hogere eisen gesteld. Een diploma is niet meer genoeg om voor een sollicitatiegesprek te worden uitgenodigd. Werkgevers verwachten dat iemand naast zijn studie lid was van commissies bij verenigingen, een semester in het buitenland studeerde, stages liep bij bedrijven of ministeries en vrijwilligerswerk deed bij een maatschappelijke organisatie. En als deze extra-curriculaire activiteiten hebben geleid tot een studievertraging van meer dan een jaar dan verdwijnt het indrukwekkende cv alsnog op de grote stapel. Er zullen immers altijd uitzonderlijke studenten zijn die het parcours weten af te leggen binnen vier of vijf jaar, met of zonder psychische problemen.

Er is sprake van een ernstige contradictie. Enerzijds moeten jongeren zo snel mogelijk hun diploma halen, anderzijds moeten ze van alles ondernemen naast hun studie om zich te kunnen handhaven in de carrièrewedloop die volgt na de feestelijke buluitreiking. De Nederlandse studiecultuur is verworden tot een bizarre combinatie van de Amerikaanse en de Franse studiecultuur.

Amerikaanse werkgevers verwachten een cv van twee bladzijdes, omdat de ideale kandidaat tijdens zijn bacheloropleiding vele nevenfuncties bekleedde en eerst enkele jaren werkervaring opdeed voordat hij aan zijn masteropleiding begon.

Franse werkgevers schudden hun hoofd bij dergelijke curricula vitae. Zij geven de voorkeur aan een cv van één bladzijde, want een pas afgestudeerde sollicitant wordt alleen beoordeeld op zijn studieresultaten en eventueel een relevante stage.

Toen ik in Parijs studeerde, maakte ik kennis met een recruiter van een Franse multinational. ‘Jij bent veel te Amerikaans,’ was zijn oordeel na het zien van mijn cv. ‘Wat kan mij het schelen dat jij in je vrije tijd bestuurswerk hebt gedaan bij een studentenorganisatie? Het enige wat telt is je eindcijfer.’

Franse studenten zijn dan ook niet enthousiast te krijgen voor vrijwilligerswerk of een bestuursfunctie. Ze studeren tot ’s avonds laat in de bibliotheek, want hun dagelijks leven staat volledig in het teken van hun studie. Hierdoor behalen ze hun diploma meestal binnen de nominale studieduur. In de Verenigde Staten kent men het begrip ‘nominale studieduur’ niet. Amerikaanse studenten richten zich op de inhoud van hun cv, niet op het jaar van afstuderen.

Voor de gezondheid van Nederlandse studenten zou er een keuze gemaakt moeten worden tussen wat gangbaar is in de Verenigde Staten en de Franse norm. Als studenten worden beoordeeld op nevenfuncties en buitenlandervaring moet men de nominale studieduur loslaten. Als studenten zo snel mogelijk hun diploma moeten behalen dan kan men niet van hen verwachten dat er extra-curriculaire activiteiten worden ondernomen.

Het is eenzijdig om een afgestudeerde enkel te beoordelen op zijn gemiddelde eindcijfer. Een mens is meer dan zijn prestaties tijdens een momentopname in een gymzaal of klaslokaal met tientallen medestudenten.

Dit is een belangrijk argument tegen de Franse studiecultuur. Een commissielid, vrijwilliger of uitwisselingsstudent leert samenwerken, leidinggeven, evenementen organiseren, communiceren en met oplossingen komen voor onverwachte problemen. Dit zijn vaardigheden die gewaardeerd worden op de arbeidsmarkt, maar die tijd kosten om te verwerven.

Om te voorkomen dat studenten overspannen raken door te veel verplichtingen in een kort tijdsbestek moet er flexibeler worden omgegaan met de nominale studieduur. Iemand die na zijn bacheloropleiding één of meer tussenjaren neemt om stage te lopen, geld te sparen voor een vervolgopleiding of een taal te leren op een ander continent is bewonderenswaardig, geen langstudeerder.

Nederland, kies voor een Amerikaanse studiecultuur!

Marieke Weijler (1991) is oud-studente van de Universiteit Leiden