Nieuws
Sociaal leenstelsel, mag het of toch niet?
Zijn de plannen voor het leenstelsel nu in strijd met een internationaal verdrag, zoals Mare vorige week meldde, of niet?
donderdag 18 september 2014

Een onderzoeksrapport van het Studie- en Informatiecentrum Mensenrechten leek dat te suggereren. 

Pim Beirnaert, wetgevingsjurist bij het Ministerie van Onderwijs trok op zijn persoonlijke Twitteraccount fel van leer tegen die berichten.

Het ministerie wil de basisbeurs vervangen door een leenstelsel. Nederland neemt echter ook deel aan het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten (ESC), waarin is opgenomen dat voortgezet en hoger onderwijs op den duur kosteloos moeten worden. Nederland had het protocol wel ondertekend, maar nog niet geratificeerd. Oftewel: het parlement had het nog niet goedgekeurd. In aanloop daarnaartoe moest het SIM de gevolgen van het leenstelsel en enkele andere cases onderzoeken.

In tegenstelling tot andere berichtgeving, stelt Beirnaert dat de SIM-onderzoekers concluderen dat het leenstelsel waarschijnlijk níet in strijd is met het verdrag. In het rapport zijn de onderzoekers minder stellig. Ze verwachten dat het ESC-Comité het leenstelsel wel degelijk zal zien als een stap terug. Ook schrijven ze dat het leenstelsel niet voldoet aan enkele voorwaarden die het ESC-Comité belangrijk zal vinden.

Zo is het bijvoorbeeld geen tijdelijke crisismaatregel, wat zo’n stap terug zou rechtvaardigen. Ze verwachten dat het comité een totaalafweging zal maken. ‘Daarbij moet worden aangetoond dat de vrijgekomen middelen werkelijk ten goede komen aan het onderwijs.’ Iedereen had dus een beetje gelijk: er zitten wél wat haken en ogen aan het leenstelsel, maar bij een goede onderbouwing hoeven die niet tot problemen te leiden. Overigens zijn de uitspraken van het ESC-Comité in Nederland sowieso niet juridisch bindend. Een ander punt van Beirnaert druist wél in tegen het rapport.

‘Onderzoekers miskennen dat het bij het leenstelsel niet gaat om kosten van toegang tot onderwijs (collegegeld) maar om het minder bijdragen aan kosten van levensonderhoud van studenten’, tweet hij. Het comité maakt dat onderscheid niet zo duidelijk. Het lijkt de onderzoekers daarom niet waarschijnlijk dat het mee zal wegen in de beoordeling. Het verdrag draait volgens hen namelijk om het uiteindelijke effect op de onderwijstoegankelijkheid. MVW