Nieuws
Leidse student is best wel tevreden
Vandaag verschijnen de resultaten van de Nationale Studentenenquête 2014. Wat blijkt: Leidse studenten zijn best tevreden.
donderdag 22 mei 2014

Het op één na hoogste rapportcijfer geven de Leidse studenten aan de horeca in hun studentenstad, de bereikbaarheid scoorde nog net iets beter.

De Nationale Studentenenquête (NSE) is een van de meest grootschalige landelijke onderzoeken onder hbo- en wo-studenten, waarin ze hun scholen en universiteiten beoordelen. De instellingen beschouwen de uitslag vaak als een belangrijke graadmeter voor hun imago.

De enquête werd dit jaar ingevuld door een kwart van de Leidse studenten, wat een redelijke opkomst betekent. Een opvallend detail in de uitslagen van dit jaar is dat van de 75 criteria waarop de universiteit beoordeeld is, zij op 47 punten lager scoort dan het landelijke gemiddelde. Als je goed kijkt zie je echter dat verschillen tussen Nederlandse universiteiten miniem blijven en zelfs beperkt zijn tot twee getallen achter de komma. De studenten konden de onderdelen een cijfer op een schaal van 1 tot 5 geven. Niemand gaf de universiteit echter een cijfer lager dan een 3,01, wat een relatieve tevredenheid laat zien. 

Er is echter een aantal categorieën waarop de universiteit slechter scoort dan vorig jaar. Vooral de voorbereiding op de beroepsloopbaan (3,01), de huisvesting (3,04) en de kwaliteitszorg (3.09) kregen de laagste cijfers. Op deze zaken scoorde de universiteit in 2013 ook al laag.

Hoewel studenten de deskundigheid van docenten in het algemeen op hoog niveau achten met een 4,24 als cijfer, vinden zij hun docenten minder inspirerend en kwalitatief dan vorig jaar. Ook beoordeelden studenten de informatievoorziening van de universiteit slecht. Informatie over de opzet van hun opleiding, de tijdige informatie en beoordeling van toetsen werden respectievelijk een 3.08 en een 3.11 gegeven.

Naast de studieomgeving (4,04) kregen de groepsgrootte (3,94) en stage ervaring (3,88) de beste beoordelingen van de Leidse studenten. Hoewel studenten blij zijn met de voorzieningen van Leiden, zijn zij duidelijk minder tevreden geworden over de betaalbaarheid van woonruimtes in de stad.

Vice-rector: ‘Het blijft spannend’

Vice-rector magnificus Simone Buitendijk is tevreden met de uitslag van de Nationale Studentenenquête.

Welk belang hecht u aan deze enquête?

‘Elk jaar is het toch weer spannend om te kijken hoe we ervoor staan. Het is erg belangrijk om te weten hoe het onze studenten vergaat.’

Zijn er onderdelen waar Leiden altijd goed op scoort?

‘Jazeker. Leiden scoort altijd goed op de onderdelen als de studie in het algemeen, de sfeer op de opleiding en de vraag of studenten de opleiding zouden aanraden aan anderen. Daar scoren we een ruime acht als je het op een schaal van 1 tot 10 bekijkt. We doen het ook goed op de evaluaties van de deskundigheid, begeleiding en didactische kwaliteiten van de docenten. Geen enkele Leidse student is trouwens echt ontevreden over zijn of haar studie. Daar zijn we natuurlijk heel blij mee.’

Maar op sommige vlakken blijft Leiden achter.

‘In drie categorieën hebben we zeker nog wat werk te doen: de studiebegeleiding, oftewel de mate waarin de opleiding daarin initiatief toont, de voorbereiding op de beroepsloopbaan en de kwaliteitszorg. We zien dat studenten nog ontevreden zijn over de terugkoppeling van onderwijsevaluaties. Jaar na jaar hebben we hier inderdaad slecht op gescoord.’

Hoe gaat u dat verbeteren?

‘Er zijn al maatregelen in gang gezet. We willen het contact intensiveren tussen opleiding en student om het studiesucces te verbeteren. Alle studenten die nu het tweede jaar beginnen moeten een studieplan inleveren, een overzicht van hoe de student zich dat jaar wil ontplooien. Zo proberen we studenten op tempo te houden en hen goed te begeleiden. De meeste faculteiten hebben ook het mentoraat geïntensiveerd en de scriptieateliers zijn uitgebreid. Ook hebben we met de faculteiten afgesproken dat zij een studiebegeleidingsplan opstellen.’

Waarom blijkt daar niets uit, in deze enquête?

‘We zien daar inderdaad nog niet voldoende van terug. Maar we zijn er dan ook pas sinds september 2013 mee begonnen. De uitslagen van de NSE 2014 bevestigen eigenlijk dat we op de goede onderdelen verbetering hebben ingezet.’

Wat ook opvalt: er zijn nauwelijks grote verschillen tussen de universiteiten.

‘Het is niet zo dat je in Leiden een perfecte opleiding krijgt en in Tilburg niet. Nederlandse universiteiten verschillen weinig van elkaar. Internationaal is dat ook te zien. We zijn het enige land waar bijna alle universiteiten in de top honderd zitten van de Times Higher Education, en alle universiteiten een plek binnen de top 200 op de ranking hebben. Ons universitaire onderwijs is in het algemeen op een goed niveau, maar er zijn kleine verschillen waarmee Nederlandse universiteiten met elkaar concurreren. Wij focussen ons vooral op het verbeteren van onderdelen waar we jaar na jaar minder op scoren.’ MR

> Voor alle uitslagen van de enquête zie studiekeuze123.nl