Nieuws
'KNAW luistert niet naar leden'
Het bestuur van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen (KNAW) communiceert slecht met haar leden. Er moet dan ook een adviesraad komen om dit te verbeteren. Verder is het verstandig als de instituten van de Akademie meer autonomie krijgen.
donderdag 17 april 2014

Dat stelt een evaluatiecommissie onder leiding van Roelof de Wijkerslooth, oud-voorzitter van het college van bestuur van de Radboud Universiteit Nijmegen. In de commissie heeft ook Douwe Breimer zitting. Hij is oud-rector magnificus van de Universiteit Leiden.

De KNAW heeft rond de vijfhonderd leden. Allen topwetenschappers die door de Akademie worden benoemd. De KNAW waakt naar eigen zeggen ‘over de kwaliteit van wetenschapsbeoefening in Nederland’. Ook heeft het een aantal wetenschappelijke instituten, waaronder het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde dat na veel bestuurlijk getouwtrek in Leiden mocht blijven en niet naar Amsterdam hoefde te verhuizen.

De Wijkerslooth schrijft dat de wetenschapskoepel een ‘nieuwe bestuursstructuur heeft gekregen’ en dat die ‘ertoe heeft geleid dat de directe verbinding tussen het bestuur en leden van de Akademie goeddeels verbroken is.’

Dat houdt in dat de expertise van de leden niet optimaal benut wordt en dat zij te weinig kans krijgen om te adviseren over belangrijke besluiten van het bestuur. Om die verbinding te herstellen, raadt de commissie de KNAW aan om een adviesraad in het leven te roepen die fungeert als toezichthoudend orgaan van het bestuur van de Akademie.

Deze raad (bestaande uit gekozen Akademieleden) vertegenwoordigt de leden van de KNAW. Binnen de KNAW kan een dergelijke raad eenzelfde functie vervullen als Raden van Toezicht bij de universiteiten, namelijk die van ‘sparring partner van het bestuur bij de voorbereiding van bestuursbesluiten’ en dergelijke.

De commissie vindt ook dat het bestuur van de KNAW haar instituten meer autonomie moet geven en de verantwoordelijkheid voor huisvesting, personeel en financiën aan hen overdraagt. Nu is het bestuur teveel tijd kwijt met het op afstand besturen en dat gaat ten koste van de andere activiteiten van de Akademie.

De KNAW heeft in een brief gereageerd op de aanbevelingen. President Hans Clevers vindt het niet nodig de instituten meer autonomie te geven. ‘Het bestuur vindt het ongewenst dat onderdelen een eigen raad van toezicht krijgen. De Akademie heeft wel ‘de intentie om bijvoorbeeld te komen tot een gezamenlijk bedrijfsbureau voor de geesteswetenschappelijke instituten.’ Verder zijn op wetenschappelijk gebied de instituten ‘al in grote mate autonoom.’

De KNAW is wel van plan om de door de commissie voorgestelde adviesraad in te voeren. Gedacht wordt aan een raad met een maximum aantal van zestien leden. VB