Studentenleven
Lekker snel doorvegen
vrijdag 24 januari 2014
© Taco van der Eb

Jelmer Jelsma (21, geschiedenis, pianist): ‘Er bestaat een oud cliché: een popartiest speelt drie akkoorden voor drieduizend mensen en een jazzartiest speelt drieduizend akkoorden voor drie mensen.’

Rogier Verlinden (21, bio-farmaceutische wetenschappen, gitarist): ‘Dat is ook de kwalijke kant aan jazz. Er zijn altijd mensen die het kunnen waarderen, maar vaak horen ze geen verschil tussen leuke muziek en heel goed spelen.’

Karst van Hameren (22, geschiedenis, tenorsaxofoon): ‘Als je het niet kent dan kan je echt denken: “Waar gaat dit over!?” Frans Bauer lijkt dan echt veel beter.’

Gilles Becker (20, rechten, basgitaar): ‘We willen jazz meer op de voorgrond krijgen. Qua studentenbandjes loopt Leiden eeuwen achter op de rest van Nederland. In Wageningen bestaan er drie studentenbands die ouder dan honderd jaar zijn. Het zou gaaf zijn als we over twintig jaar terugkomen en er staat een jazzbandje op Minerva te spelen.’

Verlinden: ‘Onze naam slaat ook op de Tent. Vier voor half zes is de traditionele borreltijd op Minerva. Jazz is heerlijke achtergrondmuziek voor bij de borrel.’

Van Hameren: ‘De naam is een proces. We hebben de meest belachelijke namen gehad…’

Jim Dwinger (21, japans, drums): ‘… Baard en de Billengezichten, Gillette en de Scheermesjes. We hebben ook een tijdje Jazzje Dazzje geheten.’

Verlinden: ‘Het idee voor een band is bij Gilles en mij ontstaan, maar Karst leent zich als saxofonist het best als frontman.’

Van Hameren: ‘De sax en de baard zijn de leidraad van de band.’

Dwinger: ‘Natuurlijk moet je elkaar als groep goed kunnen aanvoelen. We zijn het afgelopen jaar zeker gegroeid .’

Jelsma: ‘Jazz heeft veel nummers die voor de muzikant leuk zijn om te spelen. Ik wil nog wel eens vervelend doen door af en toe aritmisch te spelen en te kijken hoe de drummer en bassist reageren.’

Becker: ‘Jazz is heel dynamisch.’

Verlinde: ‘Het is een spelletje waarvan de regels constant veranderen. Dat houdt het spannend en uitdagend. Je moet je aanpassen aan wat de anderen doen.’

Van Hameren: ‘Er is ook geen vaste tempoaanduiding. Er zijn nummers die ontzettend traag gespeeld worden waarvan wij denken dat het sneller kan.’

Jelsma: ‘Omdat we niet goed traag kunnen spelen. Als je sneller speelt, is het niet zo erg als je iets verkeerd doet. Het volgende nootje komt al snel erna, dus kan je lekker doorvegen.’

Becker: ‘Zo pakt iedere band elk nummer totaal anders aan. Bij optredens met verschillende bandjes hoor je sommige nummers wel drie of vier keer voorbij komen, maar bij iedereen geeft er een andere draai aan.’

Dwinger: ‘Iedereen heeft zijn eigen inbreng. Er bestaan geen vaste versies. Jazz is een muziek voor muzikanten.’

Door Esha Metiary