Columns & opinie
Risicoloze risico?s nemen
Prins roept eerstejaars op lef te tonen en het maximale uit Leiden en studie te halen. ‘Ik heb kansen gemist’
Vincent Bongers
woensdag 4 september 2013
© Marc de Haan

‘Ik wilde me eigenlijk vooral richten op de eerstejaars’, zei Prins Constantijn van Oranje (1969) maandag bij de opening van het academische jaar in de Pieterskerk. ‘Waar zijn ze? Het is hier helemaal vol maar ik zie er geen. Ah, daar zijn ze, een beetje verscholen in de zijbeuken.’

Rector magnificus Carel Stolker was blij dat de spreker ‘in deze minder goede tijden’ toch bereid was een toespraak te houden. ‘Ik heb hem nog als student op de rechtenfaculteit meegemaakt en ben benieuwd wat er van hem is geworden.’

Constantijn studeerde er van 1988 tot 1995. ‘Wat een plek is dit! Willem van Oranje, Huygens, Kamerlingh Onnes, Boerhaave, Mark Rutte, Armin van Buuren…..’

De prins dacht echter nauwelijks aan de geschiedenis van de universiteit en de reputatie van haar grootste geesten toen hij in Leiden arriveerde. ‘De stad heeft een goede reputatie voor rechten, het is niet te ver van Den Haag en Amsterdam. Handig voor het stappen. Best gezellig eigenlijk en met een mooi studentenleven. Veel verder ging het niet. Pas gaandeweg ben ik me gaan realiseren wat Leiden voor me betekent, welke kansen ik er heb gehad en welke ik heb gemist.’

Hij vond de eerstejaars ‘geluks- maar ook pechvogels. Jullie gaan nu een paar jaar tegemoet waarin naar hartenlust geëxperimenteerd kan worden: Nieuwe kennis vergaren, veel mensen leren kennen, levenservaring opdoen, en ongetwijfeld daarbij de nodige hersencellen vernietigen met andere belangrijke levensexperimenten.’

Maar de nieuwe studenten hebben ook pech: alleen een Leidse bul is niet meer genoeg. ‘Je hebt nog geen Stanford- of Harvard-etiket op je cv geplakt. Je grootste concurrenten in de wereldwijde banenmarkt hebben dat wel.’

Constantijn adviseerde dan ook met klem: ‘Haal het meeste uit je tijd in Leiden. Gebruik de overgebleven hersencellen effectief. Je krijgt nu de kans om risicoloze risico’s te nemen. Die krijg je nooit meer. Geloof me.’

Leiden is volgens de prins een comfortabele woonkamer waaruit je jezelf en de wereld kunt ontdekken. ‘Als je maar niet te lang zappend op de bank blijft hangen. Dat overkomt jongens overigens vaker dan meisjes.’

Hij gaf toe niet het maximale uit zijn studie te hebben gehaald en daar spijt van te hebben. ‘Mijn studie is me pas tegen het einde echt gaan boeien. Een docente strafrecht vroeg me een wetenschappelijk artikel te schrijven. Dat opende mijn ogen, maar ik had er helaas geen tijd meer voor, terwijl een publicatie me waarschijnlijk meer zou hebben gebracht dan mijn bul.’

Constantijn moedigde verder aan: ‘Kijk over de schutting van je discipline, leef je uit in je theaterdispuut of roeivereniging. Ga elders in Europa vakken volgen, of benut de tijd om een bedrijf te starten. Al word je later, zoals ik, een risicomijdende ambtenaar van de Europese Commissie. Daar gaat het niet om. Waar het wel om gaat is dat, wat je ook doet, je onafhankelijk bent en vrij in je keuzes. Dat krijg je alleen als je steeds je grenzen verlegd. Of je nu ambtenaar, ondernemer, wetenschapper of student bent.’