Studentenleven
Frutti: Lachen als drug en medicijn
‘Lachen is topsport. Na drie minuten hardlopen is je hartslag net zo hoog als na twintig seconden intensief lachen’, vertelt Sharon de Meneges, lachtherapeute van beroep. Maandag geeft ze een lachworkshop bij studievereniging Emile van pedagogische wetenschappen.
Sebastiaan van Loosbroek
woensdag 17 april 2013
© Taco van der Eb

Lyke Dijkhuizen (18, eerstejaars pedagogische wetenschappen), lid van de activiteitencommissie van Emile, kwam op het idee van de workshop: ‘Een vriendin van me loopt vaak langs het Vondelpark en dan ziet ze altijd een groepje mensen in een kringetje lachen. Toen dacht ik: dat kunnen we ook doen met de studievereniging.’

Het lokaal in het faculteitsgebouw van Sociale Wetenschappen, waarvan de muren beplakt zijn met papieren smileys, loopt langzaam vol. Het gezelschap is vrouwelijk, op een enkele jongen na.

De Meneges vertelt wat er gaat gebeuren. ‘We gaan lachyoga doen. Het is bedacht door een cardioloog in India. Weten jullie waarom lachen zo gezond is? Omdat je stofjes aanmaakt die een positief gevoel geven. Net als wanneer je een wijntje op hebt, hardloopt of een pilletje hebt genomen.’ En, voegt ze eraan toe, het verlaagt de stress en helpt tegen vervelende griepjes.

Om warm te draaien doet ze een paar oefeningen voor. Eerst moeten de polsen los, vervolgens moeten ze de ellebogen naar achteren bewegen - ‘Dan kunnen jullie alvast oefenen als jullie later gaan werken’. Verder moeten er harde oergeluiden worden gemaakt. ‘Zonder gêne.’

Daarna is het tijd voor wat ‘zelfhulp met de handen. Dat klinkt fout, maar het is iets anders dan jullie denken.’

Massage van de handen zorgt namelijk voor een goede energiedoorstroming. De deelnemers leggen de handen op elkaar en moeten bukken. Dan veren ze op en dienen een enorme lach uit te stoten. Hier en daar wordt gegiecheld.

‘Nu ga ik jullie in groepen indelen. Groep één gaat de hartelijke lach doen, groep twee de buiklach en groep drie de giechellach. De buiklach is de lage lach van de Kerstman. Dan stuur je je adem naar beneden.’ Ze verdeelt de groepjes en geeft als een dirigent aan welke groep wanneer moet lachen. In no time is het lokaal gevuld met een oorverdovend lawaai van piepende en bulderende studenten.

‘Stop maar!’ roept de therapeute lachend. ‘Het doet pijn aan m’n oren. Jullie zijn allemaal geslaagd. Het kind in jullie is nog niet verdwenen!’ De enige jongen die deelneemt, Andy van der Linden (19, eerstejaars pedagogische wetenschappen), vond het fantastisch. ‘Ik hou van lachen! En deelname was ook maar twee euro.’

Vond hij het af en toe niet een beetje ongemakkelijk? ‘Nee, helemaal niet. Ik heb geen enkel gevoel voor schaamte. Op een gegeven moment heb ik aan één stuk door gelachen.’