Nieuws
'Dit kost de wetenschap geld'
Een grote meerderheid in de Tweede Kamer wil dat het Centraal Planbureau (CPB), het adviesorgaan van het ministerie van Economische Zaken, in haar modellen meer rekening gaat houden met de effecten van investeringen in het onderwijs. Het bureau is het niet eens met de kritiek.
Vincent Bongers
donderdag 14 maart 2013

D66, CDA en regeringspartijen PvdA en VVD stellen in een motie aan het kabinet dat in de modellen van het bureau ‘positieve effecten’ van investeringen in het onderwijs ‘niet altijd voldoende’ tot uiting komen. En dat terwijl geld uitgeven aan onderwijs ‘evident’ gunstig is voor economische groei.

De partijen baseren hun motie deels op kritiek van Hans Clevers, de president van wetenschapskoepel Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW). Die zei in een gesprek met Business News Radio vorige week dat het ‘CPB-regime de wetenschap geld kost.’ Het bureau rekent voor een kabinetsperiode van vier jaar. En dat is te kort. Elke investering moet in die tijdsspanne rendement opleveren. In het geval van onderwijs en wetenschap is dat niet haalbaar, vindt Clevers.

Het CPB is het niet eens met de kritiek en verweert zich op haar website. De waarde van wetenschap, onderwijs en innovatie zit volop in de berekeningen: ‘Het CPB behandelt in haar analyses alle bestedingen op dezelfde wijze. Immers, zij zijn een afspiegeling van de waarde die de samenleving aan die bestedingen toekent. Uitgaven door de overheid aan onderwijs, innovatie en wetenschap worden daarom op dezelfde manier behandeld als uitgaven aan cultuur, zorg of politie, als investeringen van bedrijven, of uitgaven voor consumptie.’

Wel erkent het bureau dat er grenzen zijn aan de voorspellende waarden van haar modellen. Door de huidige stand van de wetenschap is het voor een beperkt aantal concrete maatregelen mogelijk toekomstige opbrengsten duidelijk in kaart te brengen. Maar ‘daar liggen grenzen voor alle betrokkenen, het CPB incluis.’ Dat wil echter ‘niet zeggen dat de overige uitgaven voor onderwijs, wetenschap of innovatie waardeloos zijn in de CPB-analyses.’