Studentenleven
Column: Het nieuwe goud
Geerten Waling
woensdag 20 februari 2013

De Leidse student weet zijn honger naar kwaliteitslectuur knap te verbergen. Gevraagd naar hun voornaamste nieuwsbronnen, noemen studenten dikwijls veredelde reclamefolders als Spits, Metro en Nu.nl. Zonder gêne, want nieuws is toch nieuws?

Wie in de kantines rondkijkt ziet dat dit is wat de Leidse student denkt. Als er een ‘echte krant’ wordt gepakt, is het aan de krantentafel in de Universiteitsbibliotheek. Maar is dat om de inhoud, of vanwege de hitsige Facebookpagina ‘Gespot: UB’?

In sportcentrum PlexFit ligt op de balie een heuse ‘leesmap’ (hij bestaat nog!). Brakke corpsballen bladeren op de hometrainer verveeld door de Donald Duck, verongelijkte psychologiemeisjes sjokken zich op de crosstrainer door de Linda of de Cosmo. Als er niets op MTV is, tenminste.

Een echte krant is een vage herinnering aan de keukentafel van vroeger. Of dat onhandige pak papier waar je een abonnement op moest nemen voor die gratis fiets of iPad. En geef de studenten eens ongelijk. Het

Het Achtuurjournaal verslaat scheidingen van celebrities, NRC Handelsblad plaatst medisch geroddel over de noodlottige Prins Friso op de voorpagina, en de Volkskrant presteerde het afgelopen zaterdag nog te openen met de dramatische kop ‘Gronings gasgeweld’. Om over alle concessies in vorm en stijl nog maar te zwijgen.

Door hun oren te laten hangen naar hypes en hijgerigheid hebben vakjournalisten van links tot rechts hun geloofwaardigheid ingeleverd. Toch gingen we er tot nu toe altijd van uit dat het papieren dagblad zou blijven bestaan. Maar waarom eigenlijk? Het businessmodel van een krant klopt van geen kant meer, oplagecijfers blijven dalen, het prestige van weleer is weg.

Niet getreurd. Crisis is kans, ook in de journalistiek. Enkele jonge honden zijn hard op weg om een eigen antwoord te vinden op het barsten van de persbubbel. De meest in het oog springende is Rob Wijnberg, die hoofdredacteur was van nrc.next tot hij onlangs slachtoffer werd van de nieuwsfetisj van de hoofdredactie van de grote-mensen-NRC. Deze maand slaat hij terug met het boek De nieuwsfabriek, hoe de media ons wereldbeeld vervormen.

Hij gaat terug naar de essentie van het begrip ‘nieuws’, en naar wat mensen mogen verwachten als ze ‘nieuws’ willen lezen. Het boek is tevens de lancering van zijn nieuwe digitale ‘krant’ die tegen betaling artikelen gaat aanbieden van jonge en oude, bekende en onbekende schrijvers. Zij krijgen de ruimte om naar eigen inzicht journalistiek te bedrijven. Even ouderwets als innovatief.

Een andere kracht in deze vernieuwing is Kustaw Bessems, die met zijn zaterdagkatern Vonk bij de Volkskrant een vrijplaats heeft bedongen om achtergrondjournalistiek en beredeneerde opinie op een voetstuk te zetten. De zelfkritische rubriek ‘Lopend Vuur’ neemt de nieuwshype van die week onder de loep: waar komt die hype vandaan en op welk moment is het door wie precies opgeblazen tot die oneigenlijke proporties?

Wijnberg en Bessems zijn slechts voorbeelden van een trend. Een aantal bloggers doet ook pionierswerk, zoals Bert Brussen met het eind december gelanceerde, hipster-cynische blog The Post Online. Naar hartenlust experimenteren zij met oude behoeften en nieuwe media. Sinds januari beleeft gratis krant De Pers een doorstart als De Nieuwe Pers – digitaal en voorlopig alleen op smartphone en tablet te lezen. Hapklaar nieuws met een gezicht: je abonneert je niet meer op een krant, maar stemt af op individuele journalisten die jou van nieuws voorzien.

Hoopvolle tijden dus, voor de journalistiek. Nieuwe initiatieven zoeken naar een antwoord op de roep om persoonlijke, herkenbare nieuwsvoorziening. Opinie is een vanzelfsprekend bijproduct geworden, niet meer het gat in de markt. Duiding op afroep is het nieuwe goud, want de wereld is al ingewikkeld genoeg. Waarom nog vasthouden aan die krant? Film, beeld, hypertekst; de online journalistiek biedt zoveel mogelijkheden. Als we dan toch niet meer elke dag, zoals Rob Wijnberg het noemt, een dik pak schuldgevoel door de brievenbus hoeven te krijgen, kan het snel gaan. Ik voorspel dat over een jaar op deze plek in Mare een columnist klaagt over al die studenten die door een overdaad aan hippe en verslavende kwaliteitsjournalistiek niet meer aan studeren toekomen.