Achtergrond
'Samen 'n beschuitje eten?'
‘Dag limbomeisje dat elke dag in haar vrolijke felle kleding in de UB zit, achter de computers Chinees te studeren! Vandaag heb je een groene broek aan en die staat je echt wauw, heel veel succes morgen en ik wil graag een keer koffie met jou drinken...’ Wie anoniem wilde flirten in universiteitsgebouwen kon dat al doen via de website biddys.nl. Maar na oprichting van de Facebook-groep Gespot: UB UL in december werd het spotten net als in andere steden pas echt een grote hit. Op dit moment hebben al ruim vierduizend studenten de groep geliked, en dat aantal neemt elk kwartier toe. Spotten is een ode aan de anonieme liefde. ‘Het zorgt ervoor dat je even kan weg zwijmelen tijdens het zwoegen op je hertentamens.’
Petra Meijer
donderdag 17 januari 2013

Gespot worden is vleiend, daar zijn de studenten in de UB het over eens. ‘Mijn naam kwam langs bij een berichtje over mannen met mooie baarden,’ zegt Bas Clercx (Grieks en Latijnse Taal en Cultuur). ‘Dat is toch wel leuk. Waarom de groep zo populair is? Extra sog-activiteiten zijn altijd welkom.’ Hij vindt de anonieme berichtjes geen laffe actie. ‘Je kunt wel twee uur naar iemand staren en niets doen, maar dan kan je beter een berichtje sturen.’

Ook Julie van der Wilde (19, rechten) kreeg van een clubgenootje te horen dat ze gespot was. Een ‘verlegen sjaars’ werd afgeleid door haar verschijning. ‘Hij had het over blond haar en zwart kant, dus het moest wel om mij gaan. Ik vond het wel een compliment. Het maakt studeren toch wat leuker.’

Maar gespot worden is zo makkelijk nog niet. Elke dag weer bezoeken honderden studenten de UB. Om daartussen op te vallen moet je wel een uitzonderlijk knappe verschijning zijn. Grote groepen meisjes hebben het al begrepen en paraderen rond in korte rokjes en op hoge hakken, ook als er buiten een pak sneeuw ligt. ‘Naar de manicure geweest, wenkbrauwen geëpileerd, haartjes in de krul, nieuwe lipstick en killer heels aangeschaft. Kan niet wachten om morgen door de UB te flaneren’, laat een anonieme berichtjesschrijver dan ook weten. ‘Er waren altijd al veel korte rokjes in de UB’, zegt Claire van Raay (21, psychologie), maar nu is het wel echt opvallend. Gespot: UB UL markeert het einde van de slobbertrui.’

Als je al gespot wordt, dan moet dat wel als zodanig herkenbaar zijn. ‘Hey blond meisje, die net door de deur kwam’ bleek niet specifiek genoeg. ‘Jongen bij de computers’ leverde ook weinig reacties op. Andere berichten zijn weer zo weinig subtiel dat niemand zich erin wil herkennen. ‘Hee geil klein schattig meisje ik zag je net staan in de ub met je blonde haren met een slag erin! Wil je met mij een beschuitje eten of desnoods een bakkie koffie?’. De reacties waren onverbiddelijk: ‘Ik zou het meisje willen adviseren om geen bakkie koffie met deze persoon te eten’ en ‘Tip, als je een meisje wilt versieren, misschien niet meteen beginnen met zeggen dat ze geil is.’

Romantische berichten zijn er wel, maar een hoop van de berichtjes betreft gewoon geklaag. ‘De servers liggen eruit’, ‘kan je stoppen met op je marker zuigen’, ‘kap eens met hoesten, hebben jullie SARS?’ en ‘Kunnen kleffie en beffie in de plex elkaar ajb iets minder publiekelijk aflebberen?’ – het zijn geen berichten om bij weg te dromen. ‘Tegenwoordig spotten ook veel dispuuts- of clubgenootjes elkaar voor de grap,’ zegt van Raay. ‘Dat is wel jammer, want dat is niet hoe het begonnen is.’ Zelf vindt ze de berichtjes met goede beschrijvingen wel romantisch. ‘Voor hetzelfde geld kom je de liefde van je leven tegen, dat kan toch? Sommige mensen ontmoeten elkaar op een zebrapad.’

Relatief nieuw zijn de foto’s van slapende mensen. Anonimiteit is voor de zenders van berichtjes gegarandeerd. Voor wie in een onbewaakt moment een dutje doet in de luie stoelen (‘Wist je dat die oranje tulpstoelen beneden bijna 5000 euro kosten?!’) is Facebook minder vergeeflijk. En hoewel de meeste studenten de foto’s eigenlijk niet vinden kunnen, wordt er gewoon getagged. Een enkeling zoekt zijn heil ergens anders. ‘Heeeerlijk rustig in de openbare bieb bij de burcht! Niemand die je bespiedt en geen gossip. Ben ik nu een knor?’, vraagt iemand op de groep.

De populariteit van de Gespot-groep staat niet op zichzelf. Aan de universiteiten van Amsterdam en Utrecht bleek het spotten ontzettend populair. Je kunt elkaar spotten in de trein, in de Albert Heijn, op het KOG en zelfs in het bejaardentehuis. Wie met de trein naar college gaat, een paar uurtjes studeert in de universiteitsbibliotheek, gaat lunchen op het KOG en ’s avonds boodschappen doet in de Albert Heijn zou al vijf websites moeten checken. Gelukkig is daar het netwerk: een grote kring aan vrienden, soort-van-vrienden en quasi-bekenden. Zij taggen er naar hartenlust op los. In reactie op bijna elk berichtje worden mogelijke slachtoffers die ook maar een beetje in de buurt van de beschrijving komen getagged. Sommige berichtjes lijken wel op zeven meisjes tegelijk van toepassing te zijn.

En als de juiste persoon eindelijk gevonden is? Dan verschuilt de zender zich nog steeds achter een muur van anonimiteit. Verder komt het vaak niet. In twee maanden tijd zijn er misschien twee echte koffieafspraakjes gemaakt. Een enkeling voorspelt over negen maanden ‘een reusachtige UBaby-boom’. Een significante afname van de gehaalde tentamens ligt meer voor de hand. ‘Het leidt wel af,’ geeft van der Wilde toe. Wie zijn tentamen wil halen, doet er goed aan de berichtjes te negeren. Misschien loop je de liefde van je leven mis, maar je haalt wel een voldoende.

Wie er achter de Facebook-groep zit, is voor veel studenten een nog groter mysterie dan wie er achter de berichtjes zit. In de kantine gaan wilde theorieën rond. Een groepje pedagogiekstudentes is ervan overtuigd dat het om organisatie gaat. ‘Als je dit in je eentje bij moet houden heb je waarschijnlijk geen leven meer. Waarschijnlijk opereren ze in shifts’. Op een berichtje van Mare reageren de makers met de wens anoniem te willen blijven. Ze geven aan dat ze de Facebook-groep gestart zijn naar aanleiding van het grote succes van Gespot in Utrecht en de serie Gossip Girl. Het bijhouden van de groep kost wel wat tijd, maar ze vinden het goed te doen.