Nieuws
Te Beest: 'We hebben niets fout gedaan'
De Onderwijsinspectie is een onderzoek gestart naar de manier waarop de Leidse universiteit geld heeft geleend. Volgens vicecollegevoorzitter Willem te Beest is er niets aan de hand.
woensdag 5 september 2012

De universiteit besloot in 2007 om de rente voor een lening van 60 miljoen euro voor een lange periode vast te leggen. Het aangaan van dit rentederivaat was bedoeld om over een langere periode zekerheid te hebben over de te betalen rente.

Maar de financiële crisis veranderde de situatie in de jaren daarna. De rente daalde snel. Vanwege de uitstel van de nieuwbouw voor W&N en de steeds gezonder wordende financiën van de universiteit werd een deel van de lening, 30 miljoen euro, nog niet opgenomen. Toch moet de al afgesproken, en dus hogere rente, worden betaald.

Het Financieele Dagblad berichtte in juli dat de universiteit geld verspilde en de Onderwijsinspectie doet onderzoek naar de gang van zaken.

Volgens vicecollegevoorzitter Willem te Beest heeft de universiteit echter 'niets fout gedaan'. 'Het kost wat het gekost had, als je wel het geld had opgenomen. Het gaat om 1,2 miljoen per jaar. In de jaarrekening gaan we uit van een verliespost van in totaal 5,2 miljoen. Uitgaande van een korte rente van 0,5 procent. De rente kan nog dalen. Dan wordt het bedrag iets hoger. Maar de rente kan ook stijgen en dan wordt het lager. Het derivaat loopt nog 17 jaar in een afbouwende reeks.'

Volgens Te Beest is een rentederivaat een heel normale constructie en is er al helemaal geen sprake van speculatie. 'Heel veel organisaties kiezen ervoor. Het is juist geen speculatie. Je weet niet hoe de rente zich gaat ontwikkelen en dat is de reden om voor een derivaat te kiezen. Je vertrouwt op de rentecurve die door de financiële markten wordt opgesteld. We wilden de komende twintig jaar zekerheid over de hoogte van de rente over de lening die we opnemen. Dat doe je omdat je een meerjarige verplichting aangaat. Je moet zeker zijn dat de rente over die periode inpasbaar is in de financiële exploitatie van de universiteit.'

De universiteit koos in 2007 voor een derivaat. 'Toen stond de rente, in beleving van iedereen, heel erg laag. Er was nog geen enkele sprake van een crisis, een daling van de rente werd niet verwacht. Met de kennis van de rentestand van vandaag, hadden we het toen natuurlijk niet gedaan, maar gewacht op de daling.'

De Onderwijsinspectie doet onderzoek naar de gang van zaken. In 2010 is besloten dat gemeenten geen derivaat mogen hebben als daar geen lening tegenover staat. Dat is een zogeheten 'open positie'. Deze constructie is speculatief, vindt de overheid.

Te Beest: 'Wij zien dat anders. Die regeling stamt echter uit 2010 en geldt niet voor universiteiten. In het artikel in het FD werd er van uitgegaan dat als gemeenten geen open positie mogen hebben dat ook voor universiteiten opgaat. De universiteit is gelijk in gesprek gegaan met de Inspectie toen het artikel verscheen om onze positie aan hen uit te leggen. Wij hebben naar ons oordeel niets gedaan dat niet mag.'

De lening toch opnemen is volgens Te Beest onzin. 'Wat hadden we dan met het geld moeten doen? Dan hadden we het uit moeten zetten bij een bank. Dan had je exact dezelfde constructie gehad. Dan ruil je weer lange rente, voor een korte. Dat schiet niet op.'

Stel dat de universiteit een nieuwe lening afsluit. Wordt er mogelijk weer voor een derivaat gekozen? 'Dit zouden we zeker overwegen. Als je helemaal niets vastlegt bij een grote investering en langjarige verplichting en de rente stijgt daarna fors, dan vraagt de universiteit aan mij: waarom heb je toentertijd niet voor een vaste rente gekozen?' VB