Achtergrond
Gemiddeld een 9,5
Drie Leidse studenten ontvingen vorige week van de Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen de Jong Talentprijs van 500 euro. Ze haalden gemiddeld het hoogste cijfer binnen hun studie.
Dirk-Jan Zom
woensdag 30 november 2011

Twee wisten dat het erin zat, maar voor één student was het een totale verrassing. Ruud Heesterbeek (19), student informatica: ‘Ik wist niet dat er zoiets bestond. Tijdens een college kwam de studieadviseur naar me toe met een enveloppe. Ze zei: “Je hebt een prijs gewonnen.”’ 

Heesterbeek haalde gemiddeld een 9,5 in zijn eerste jaar. David Kok (18), student wiskunde en natuurkunde haalde een 9,0. Jorinde van de Vis (19), studente natuurkunde weet het niet precies, maar haalde ‘geloof ik een 8,9’. Van de Vis wist er wel vanaf, zegt ze. ‘Dat werd ons op de eerste dag verteld. Maar je zit tussen honderd eerstejaars. Je gaat er niet direct vanuit dat je de beste bent.’ Ook Kok was er verder niet mee bezig. ‘Zonder prijs had ik mijn best ook wel gedaan. Maar ik had al wel een beetje door wie er zessen haalde en wie achten. Ik dacht: het zouden deze vijf kunnen zijn.’

Wat is hun geheim? Van de Vis: ‘Ik doe wel mijn best. Bij het leren van een tentamen doe ik niet mijn boek dicht als ik denk: dit is wel een zesje.’ Ook Kok denkt dat het met inzet te maken heeft. ‘Er wordt aan de lopende band gezegd dat het hard werken is. Slim zijn, de dingen zien, dat helpt wel, maar dat is maar een deel. Ik had wel een beetje voorsprong, omdat ik al twee keer aan de Wiskundeolympiade heb meegedaan.’

Het is niet zo dat ze hiernaast geen tijd meer over hebben voor iets anders. Kok besteedt ongeveer zestig uur per week aan zijn studie. Hiernaast is hij lid van Quintus, waar hij ongeveer twee keer per week komt. ‘Ik heb eigenlijk altijd wel om negen uur ’s ochtends college. Maar dat lukt altijd wel, soms ben ik alleen het eerste kwartier minder scherp.’ Van de Vis besteedt ongeveer veertig uur per week aan haar studie. Ze is lid van SSR en doet aan fitness. ‘Het is goed om je hoofd leeg te maken.’ Heesterbeek tennist één of twee keer per week in Heemskerk, waar hij woont bij zijn ouders. ‘Ik heb genoeg tijd over.’

Alleen Jorinde heeft het plan later de wetenschap in te gaan. ‘Het lijkt me heel gaaf. Dat is wel een van de redenen waarom ik wel natuurkunde wilde studeren. Het is een studie waarin je onderzoek kunt gaan doen, als je dat wilt. En dat lijkt me leuker dan een baan die maar een vage relatie heeft met je studie.’ Heesterbeek wil liever iets praktisch. Dat is ook waarom hij zijn studie leuk vindt: ‘Je zit niet heel de tijd met je neus in de boeken. Je bent ook aan het programmeren.’ Met medestudenten werkte hij aan een Android-app, die roosterwijzigingen moet doorgeven. Kok plant voorlopig niet al te ver vooruit, zegt hij.

Dat doen ze alle drie ook niet met het geld dat ze wonnen. Geen van allen weet nog waar de vijfhonderd euro aan op zal gaan. Al staat voor Van de Vis één uitgave in ieder geval vast. ‘Op een gegeven moment was duidelijk dat ik of een medestudent zou gaan winnen. Toen hebben we afgesproken dat de winnaar de ander op een biertje trakteert.’