Wetenschap
Diabetes
woensdag 30 november 2011

De meest voorkomende vorm van suikerziekte, type 2 diabetes, is een ziekte met verschillende oorzaken. Genen, eetpatroon en de omgeving spelen allemaal een rol. De mensen in een familie delen vaak een hoop van die risicofactoren. Dat zie je terug in de cijfers: als een direct familielid van je deze vorm van suiker heeft, is de kans dat jij het ook krijgt twee tot vier keer zo groot.

Je zou dus verwachten dat er veel te winnen valt met preventieprogramma’s die zich specifiek richten op de familie van suikerpatiënten, ook omdat die een schrikbeeld in hun directe omgeving hebben. In Primary Care Diabetes zet de Leidse hoogleraar Public Health Barend van Middelkoop samen met Amsterdamse collega’s het onderzoek naar zulke programma’s op een rijtje.

De voornaamste conclusie was dat zulke programma’s zeldzaam zijn: de onderzoekers vonden slechts drie echte tests waarin familieleden behandeld werden, en vergeleken met een controlegroep. En zelfs die studies zijn niet speciaal ontworpen om de implicaties van de familiegeschiedenis optimaal in te zetten. Die programma’s scoren dan ook niet beter bij familieleden van suikerpatiënten dan bij andere deelnemers. Ze werken wel: wie meer gaat bewegen en op zijn eten let, kan daarmee het risico op suikerziekte flink verlagen.