Columns & opinie
Zijn lichaam vermoordde hem
Midden in de nacht gaat mijn pieper. In een poging het harde geluid zo snel mogelijk te smoren, veeg ik de pieper per ongeluk van tafel. Met veel gekletter valt hij op de grond. Ik doe het licht aan, pak de pieper onder het bed vandaan en druk op de knop. Het geluid stopt. Op het scherm knippert in vier groene cijfers een nummer. Ik toets het in op de telefoon die aan de muur hangt en krijg afdeling R7 aan de lijn: een sterfgeval.   Ik schiet een witte jas aan en loop snel naar de liften. Haast lijkt niet meer nodig, maar haast is de routine van de dokter. Nooit zul je een arts zien sloffen door het ziekenhuis. Met de zwembadpas onderstreept hij zijn onmisbaarheid op de plek waar hij naar onderweg is. In de lift wrijf ik in mijn ogen en als de deur opengaat loop ik een rondje over de uitgestorven afdeling tot ik de kamer vind met het bordje ‘belet’ erop. Er is geen familie. Ik sla het laken terug en zet de stethoscoop op de borst van het levenloze lichaam van een oude man. Binnen heerst een ijzige stilte. Ten overvloede voel ik aan de pols. Ik kijk op mijn horloge. Tijdstip van overlijden: 3 uur 32, noteer ik op het formulier. Wat moet ik bij de doodsoorzaak opschrijven? Ik kijk op de status. De man was opgenomen met kortademigheid. Het hart was slecht, de longen waren slecht en hij leek ook een ontsteking te hebben. ‘Hartstilstand,’ besluit ik uiteindelijk. Dat klopt immers altijd, per definitie bijna. Dit jaar hebben we in het onderzoeksgebied in Ghana de doodsoorzaken proberen te achterhalen van de mensen die de afgelopen jaren zijn overleden. De WHO heeft hiervoor speciale vragenlijsten over de omstandigheden rond iemands dood ontwikkeld, die toepasselijk genoeg de naam verbal autopsies dragen. Bij aankomst lieten we de Engelse vragenlijsten vertalen in het Bimoba, de lokale taal. Bimoba kent geen schrift, het wordt alleen gesproken. Lizzy, de kokkin, was een dag lang bezig met de vertaling. Met veel precisie knepen haar ongeoefende handen in de pen en schreven letter na letter een fonetische Bimoba-vertaling op. Om te controleren of de vertaling klopte, lieten we hem door een leraar terugvertalen in het Engels. De man bestudeerde de eerste vertaalde vragen. Zijn vinger ging langs de kinderlijke letters van de kokkin. Hij leek iets op te willen schrijven en wij keken gespannen over zijn schouder mee of het resultaat overeen zou komen met het origineel. Zijn hand bleef hangen boven het papier en hij keek op. Wij keken hem vragend aan. ‘Dit is geen Bimoba,’ zei de man. Uiteindelijk is het toch gelukt om de vragen te vertalen en nu liggen er op mijn kantoortje in Leiden 1500 ingevulde vragenlijsten. Af en toe blader ik erdoorheen, het is rijk materiaal. Vooral voor antropologen en columnisten. De veldwerkers die de vragenlijsten afnamen was op het hart gedrukt om de vragenlijsten koste wat kost compleet in te vullen. Dit hadden ze bijzonder serieus genomen. Ook bij de man die zichzelf aan een boom had opgehangen en waar de doodsoorzaak wel duidelijk was, waren alle zes a4’tjes volledig ingevuld. Had de persoon verwondingen? ‘Ja.’ Zo ja, waar? ‘Rond de nek.’ Aan het eind van de vragenlijst wordt aan de veldwerker gevraagd om op te schrijven wat volgens hem de meest waarschijnlijke doodsoorzaak is. Hier wordt het echt boeiend. Interessante doodsoorzaken zijn tot nu toe het zeer populaire ‘witchcraft’ en ‘the disease’. Met stip op nummer 1 staat bij mij echter de doodsoorzaak: ‘His body killed him.’ Denk daar nog maar eens over na.
woensdag 9 november 2011

David van Bodegom is doctor ouderengeneeskunde en staflid van de Leyden Academy on Vitality and Ageing